De Franse draverfokkerij in internationaal perspectief
door Drs. F. van der Veen, veterinair, Bolsward

Op 8 mei 1990 mocht ik voor u de draverfokkerij in een internationaal perspectief zien. Ik heb toen een aantal conclusies getrokken, waar ik in de loop van mijn betoog hier en daar nog eens op terug zal komen. ’t Is wel eens aardig om nog eens terug te lezen wat je 12 jaar geleden allemaal hebt beweerd en tot mijn verrassing is daar nog wel wat van overeind gebleven.

Ik zal mij ook een aantal uitstapjes naar de sport veroorloven en naar wat daarmee samenhangt. Een beetje leven in de brouwerij moet toch mogelijk zijn, anders wordt het teveel statistiek en die heeft hier en daar iets saais, al is een evaluatie zonder statistiek in deze niet mogelijk. Welnu: ik trap bewust een open deur in wanneer ik beweer, dat de kern van de sport die we beleven de fokkerij is. Zonder fokkerij geen sport. Een opvatting waaraan wel eens wat makkelijk wordt voorbij gegaan.

Van de inkrimping van de fokkerij, die ik welhaast dramatisch noem, ondervinden wij nu al de wrange vruchten door het afgelasten van meetings en de te kleine velden, wat slecht is voor ’t spel, want ieder paard heeft zijn fans.

Wie in de gelegenheid is de sport een beetje internationaal te bekijken door bezoek aan het buitenland, maar vooral door de onvolprezen schotel, is naar mijn opvattingen als liefhebber een bevoorrecht mens. Wie overdag geen tijd heeft, kan ’s avonds nog de uitgebreide samenvattingen zien. Als wij ons dan globaal bepalen tot de landen Duitsland, Scandinavië, Italië en Frankrijk, dan ontwikkelt zich een scala aan koersgenot dat zijn weerga niet kent. Ook de niet-continentale koersen worden meegenomen. Wat mij daarbij opvalt is per land grosso modo het volgende:

Italië: hele kleine velden, een paar springers en soms nog niet genoeg paarden voor de prijzen.
Duitsland lijkt alleen maar eenheidsworst te produceren over 2000 m. met een totaal identiek koersverloop. 500 m. van start af in hoog tempo, daarna rust en de laatste 500 m. weer vol gas met veelal geen gesloten aankomst. Wie in Duitsland één koers heeft gezien, heeft ze allemaal gezien. Dit gevoegd bij de bureaucratie is naar mijn opvattingen de doodsteek voor de sport.
In Scandinavië was ’t koerswezen in ’t verleden zeer interessant. Over alle afstanden, bandenstarts veel, met volle velden, sportief verloop, spannende aankomsten met zeer uitgebreid verslag. Evenwel ontwikkelt zich daar een tendens naar de mijl voor alle leeftijdsklassen in het bijzonder de grote nummers met series en finale.
Minder bandenstarts. Of dat een goede ontwikkeling is waag ik te betwijfelen. Vorig jaar beklaagden de Zweden zich erover, dat ze in Parijs zo weinig wonnen. Dit jaar ging ’t misschien iets beter, al was ’t nog niet om over naar huis te schrijven. Maar dat roep je met je koersprogramma thuis ook op.

En dan Frankrijk. Op welke baan zich men ook bevindt (Frankrijk kent ruim 500 banen) de koersen zijn geweldig interessant. De beelden alleen al zijn uniek. Met geen enkel land te vergelijken. Men heeft de ruimte en de apparatuur en Equidia (zender) ook ’t personeel blijkbaar en is de hele dag in de lucht met alle mogelijke paardenprogramma’s. Koersen over veelal lange afstanden met een sterk wisselend koersverloop met soms 5 à 6 dik in de laatste bocht. Spectaculair om te zien. Met vertraagde beelden na afloop. Veel interviews voor en na de koersen, die allemaal goed zijn te verstaan. Moet je dat gebrabbel in Wolvega horen!
En de eigenaren hebben veelal kleuren die goed zijn te onderscheiden, beter dan in welk land ook. 2500 – 2600 – 2700 – 3000 m. en meer. Bandenstarts en een enkele autostart en volle, zeer volle velden. Wel veel valse starts, maar dat is niet erg, want sport is emotie en die laad je zo op.
Maximaal 20 paarden, maar die lopen dan ook nogal eens. Een enkele montékoers er tussendoor (vaak kleine velden).
Er is naar mijn opvatting één schaduw en dat is het hoge aantal uitschakelingen. Soms 8 – 9 – 10, de helft van ’t veld. Cees Scheltus noemt dat een schande.
De balans is in Frankrijk gebracht door Charley Mills (D) en Jan Kruithof Sr., daarvoor was de zuivere draf een puinhoop. Maar kennelijk nog niet je dat. Een paard, dat 6x niet bij de eerste 7 is, moet zich opnieuw kwalificeren. Ook na afloop worden veel paarden uitgeschakeld. Een paard mag zich de laatste 200 m. niet meer dan 5 onregelmatige passen of galopsprongen veroorloven. Men laat het vertraagd met commentaar en een pijltje boven ’t paard zien. Een favoriet brengt gauw 2 à 3 tegen 1 en vaak meer. Dat is interessant voor ’t spelend publiek.
Er zijn zeer veel leeftijdskoersen. Voor 3- en 4-jarigen, maar ook voor paarden van 5 – 6 jaar en 6 – 7 jaar. De prijzen zijn zeer hoog. De laagste prijs in Caen is € 5000,-- voor de winnaar en vaak veel meer. (Vandaag op Vincennes € 564.000,-- = f. 1.340.000,--)

Kom ik tot de fokkerij in Frankrijk.

Frankrijk kent een zeer grote draverfokkerij. Er worden tussen de 13- en 14.000 veulens geboren per jaar. Er zijn allerlei maatregelen genomen, ook in samenwerking met de overheid, die zeer actief is in de sport en fokkerij, om het aantal te beperken. Dat is al een tijdje aan de gang en ze hebben al een paar duizend minder, maar willen terug naar ± 10.000. Dat is niet eenvoudig, zo blijkt. Maar wel allemaal in welbegrepen eigenbelang, omdat ze teveel paarden hebben. Teveel non-valeurs zien het levenslicht en dat is slecht voor de fokkers en ook niet goed voor ’t koerswezen.

In het land van de “verlichting” is deze zachte dwang al heel wat! De vicomte De Bellaigue, de president, (zelf grote eigenaar-trainer en fokker) publiceert daar regelmatig over in Le Trot, want hoe gek het ook klinkt: het is dik armoede bij de trainers in de provincie.

De Franse fokker-eigenaar geeft zijn paard vaak voor de helft aan de trainer en die staat dan voor de verdere kosten. Vandaar dat je ook regelmatig een Franse trainer failliet ziet gaan, soms op de prachtigse spullen. Ik heb er schitterende entrainementen gezien. De grond is niet duur (± f. 5000,-- ha) er is ruimte, maar je moet wel opletten dat het kei-vrij is en letten op de waterhuishouding.

Slechts ± 3 op de 10 paarden komt in de baan. Men kent in Frankrijk de zogenaamde Blup, dit is de verwachtingswaarde van een paard in de fokkerij. Een paard dat niet een bepaalde Blup heeft, mag niet in de fokkerij of men betaalt een bepaalde boete. Een product hiervan mag niet kwalificeren anders dan na betaling van, ik meen frs. 3000,--. Wanneer men een bepaalde merrie uit de fokkerij haalt, wordt dat beloond met een premie. Desondanks vindt men dat het niet genoeg vordert en zoekt men naar een nog strengere selectie, want lonend kan een koerspaard in Frankrijk wel zijn.

De toto-omzet is in 2001 met 3,4% gestegen en de prijzen in 2002 met 7%. Op een baan als Caen dus, is de eerste prijs € 5000,--. Als regel zijn er 7 of 8 koersen, soms 9.
Frankrijk koerst met 3- en 4-jarigen vrijwel uitsluitend in eigen leeftijdsklasse en vaak nog gescheiden van geslacht. Trouwens ook veelvuldig van de oudere paarden. Splitsing van een nummer is veelal in A en B, hengsten en ruinen en merries.. En dan nog lopen er soms in elke afdeling 20 paarden. Dat is ook het maximum. Veelvuldig vinden er uitlotingen plaats en dan eerst de paarden met de laagste winsom.

Frankrijk heeft een fokkerij, die relatief meer dan elders, zeer grote merries heeft voortgebracht. Ik noem u Uranie (3x Prix d’Amérique), Cancannière, Gélinotte (moeder van Ura), Infante II (1952 1.14.4 bandenstart 2175 m. Moeder van Sabi Pas – vader van Fakir du Vivier), Masina, Ozo, Roquépine (3x Prix d’Amérique, moeder van Granit en Florestan). De eigenaar van deze merrie liet haar na het wereldkampioenschap in New York dekken door Ayres en Star’s Pride en probeerde daarmee het stamboek open te breken. Hij is zodoende de grondlegger van de moderne Franse draverfokkerij geworden, want tenslotte lieten ze de statenloze hengsten Granit en Florestan toch toe en wezen een aantal internationale top-Amerikanen aan, waarbij ze ook sterk op exterieur letten. Dubois volgde hem toen na, maar kocht ook enkele interessante Amerikaanse merries, die hij liet dekken door Franse hengsten.

De Franse fokker is voor alles een paardenman en liefhebber. Zie ook de betekenis die ze hechten aan een “concours de modèle”(voorbeeld: Viel met z’n Sabre d’Avril). Ik ga verder met Une de Mai, Queila Gédé, Pussy Cat en nu weer Fan Idole (Le Ham) met haar 1.09.8 record.

Zo ook bezit of bezat Frankrijk 5 uitzonderlijke fokmerries, waar vrijwel de hele fokkerij op teruggaat.

1e Sa Bourbonnaise
Zij is moeder van:
Hermes D 1.20 (Kairos). Is een invloedrijke hengst.
Infante II 1.14.4 (Hernani III), die moeder is van Sabi Pas, de vader van Fakir du Vivier.
Jalna IV (Kairos zoon van Uranie), moeder van Roquépine, die weer moeder is van Granit en Florestan.
Le Postillon 1.20 (Hernani III), ook een invloedrijke hengst.

2e Arlette III 1.22 vader Loudéac.
Moeder van:
Kerjacques 1.19.7 (Quinio) die vader is van Ua Uka.
Quito 1.19 (Carioca II)
Seddouk 1.19 (Carioca II)

Via deze hengsten is haar invloed zeer groot. Nu wil het feit dat Fandango ook een zoon van Loudéac is, zodat Arlette III en Fandango half-broer en -zus zijn. Nu moet men volgens een foktheorie met een fokmerrie verwantschap zoeken met de moederlijn van de vader, de hengst dus. Hoe dan ook, in Frankrijk zie je bij een toppaard heel vaak Fandango in de moederlijn. Elke fokkerij is praktisch groot geworden door inteelt. (Gebr. Knol, Hartwerd).

3e Ua Uka (Kerjacques van Arlette III) ‘La poule aux oeufs d’or’
Zij is moeder van:
Fakir du Vivier (Sabi Pas v. Infante II)
Grillon du Vivier (geëxporteerd naar Canada)
Hadol du Vivier (Mitchouka)
Jet du Vivier (Sabi pas v. Infante II)
Nicos du Vivier (Mitchouka)
Qlorest du Vivier (Florestan) v.v. Echo
Daarnaast nog dochters, die weer hengsten hebben staan, zodat de invloed van Ua Uka dus ongelooflijk groot is.

4e Roquépine (Star’s Pride – Jalna IV (Atus II) – Sa Bourbonnaise)
Zij is moeder van:
Granit (Ayres)
Florestan (Star’s Pride)

Nu zitten we volop in de huidige tijd. Talloze (meer dan 100) zonen van Florestan doen dekdienst, waaronder meer dan 20 klassieke winnaars. (Ook reeds kleinzonen trouwens). De invloed van het Amerikaanse bloed is op deze wijze zodanig groot, dat Frankrijk zoekt naar mogelijkheden om dit te beperken, omdat ze anders de originaliteit van hun ras verliezen. Er is haast geen klassieke winnaar van de laatste tijd, die niet Florestan in zijn pedigree heeft. Ik noem u een aantal klassieke zonen:
Methusalem 1.16 (Zw.), Opus Dei 1.16, Pythagoras 1.13 (Zw.), Passionant 1.15, Podosis 1.16, Quito de Talonay 1.13 (prachtig paard), Seigneur Ringeat 1.13, Vittel 1.14.

5e Nesmile 1.17 v. Caprior – Feu Follet X – Ogaden – The Great McKinney

u. Nimia (= zus van Jamin) u. Nimia Abner

Dladys – Gladys (volbloed)

Moeder van:
Unispeed 1.13
Buvetier d’Aunou 1.14 v. Royal Prestige
Défi d’Aunou 1.11 v. Armbro Goal top lijst jonge paarden.
Extrême Aunou 1.13 v. Baltic Speed
Ook deze invloed zal enorm zijn vanwege de uitzonderlijke klasse van deze paarden, die zich nu al bewijzen.
Er is dus sprake van een zeer typische unieke fokkerij, die teruggaat voor een zeer groot deel op een 5-tal merries en als we Uranie erbij noemen, dan hebben we vrijwel de gehele fokkerij in beeld.

Gaan we nu naar de vaderlijnen, want die zijn er ook wel degelijk in Frankrijk. Ik noem u de in mijn ogen 6 belangrijkste:

1e De lijn van Fuschia via Hernani III – Quinio – Kerjacques – Chambon P – Sancho Pança en via Fandango - Equileo : sterft uit.

2e Sam Williams via Carioca II – Sabi Pas – Fakir du Vivier – (ook via Jet du Vivier) – Quouky Williams – Coktail Jet.

3e Kairos - Hermes D – Nonant le Pin – Buffet II – Ultra Ducal.

4e Star’s Pride via Nevele Pride - Bonefish – Mickey Viking – Viking’s Way en -- Kimberland
via Florestan met Passionant – Pododsis – Qlorest du Vivier met Echo en Quito de Talonay (met Extreme Dream – Kaisy Dream); Giant Cat, Seigneur Ringeat (met Euro Ringeat) en Baccarat du Pont etc.

5e Speedy Scot – Speedy Crown
via      a) Speedy Somolli    - Tarass Boulba
- Baltic Speed-Extrême Aunou
b) Royal Prestige - Buventier d´Aunou-Gobernador
c) Armbro Goal - Cézio Josselin
- Defi d´Aunou
D) Workaholic - Cygnus d´Odyssée

6e Sharif di Iesolo    - And Arifant – Fant Arifant
- Biesolo – Ipson de Mormal
- Capriccio – Ksal d’Algot

Hiervan zijn de laatste 10 seizoenen de belangrijkste vier met in 2001:
Kerjacques 18.25%              Carioca II 22.37%
Star’s Pride 19.13%              Speedy Scot 15.89%
is samen 75.64 % van de winsommen.

Verder wordt in Frankrijk veel betekenis gehecht aan de vaders van de moeders. Ook daarover eindeloze statistieken, maar grosso modo komen dezelfde hengsten boven drijven.
Jan Kruithof zei eens tegen mij: “ Een slechte hengst fok je haast niet meer weg”.
Het zal u welhaast duizelen van de namen en we stellen vast, dat er eigenlijk geen hengst is in de wereld die goed fokt, zonder dat hij goede verrichtingen had, mits door een ongeluk (vb. Cheetah).

Florestan was niet van uitzonderlijke klasse. Hij was statenloos. Maar vader èn moeder waren zeer uitzonderlijke fokfenomenen, met name ook in Europa (Star’s Pride – Roquépine).
Granit is minder, maar Ayres was ook minder dan Star’s Pride.

In Frankrijk heeft men een opmerkelijk “coëfficient de réussite” ontwikkeld als volgt:
Vorig jaar, 2001, liepen er in Frankrijk 13.650 paarden voor frs. 961.837.260,-- Gemiddelde winsom per startend paard = frs. 70.464,--
De coëfficient nu is totale winsom producten van hengsten
Gemiddelde winsom startend paard x aantal starters hengst
1 is dus gemiddelde     1+ is beter dan gemiddelde en 1- is minder dan gemiddelde.
Dit wordt dan nog even verdeeld over klassen met aantal starters, met bijv. 60 – 80 starters en meer dan 80 starters etc. Beter zou zijn dat men het aantal startgerechtigde paarden had genomen, maar dan komt ook het aantal niet-starters aan de orde en dat is een delicaat punt in Frankrijk. Ruim 3 op de 10 paarden komt in de baan.
Men deed in Frankrijk een onderzoek naar de productie van 313 topfokmerries, die 331 klassieke winnaars brachten. Nu bleek dat in 80% van de gevallen de topper bij de eerste 5 producten zat. Dat lijkt een ijzeren wet te zijn. Na 5 non-valeurs heeft men relatief weinig kansen meer bij een fokmerrie (Abano As was ook nr. 5).

Uit eigen onderzoek is me gebleken, dat na lang, zeer lang koersen de merries niet fokken gemiddeld genomen. Bij hengsten bestaat dezelfde tendens. Een greep uit een aantal Prix d’Amérique-winnaars:
Jamin (Abner), Hairos II (Kairos), Oscar RL (Dubonnet), Upsalin (Ecusson), Toscan (Kerjacques), Tidalium Pelo (Jidalium), Bellino II, Grandpré, High Echelon (Patara), Eléazar (Kerjacques), Hymour (Nonant le Pin – Hermes D) Jorky (Kerjacques), Hadol du Vivier (Mitchouka) (wint Prix d’Amérique niet), en Ourasi (Greyhound).

Ze voeren vaak ook niet het gewenste bloed, maar soms ook wel zoals Jorky van Kerjacques – Vanina B - v. Carioca II – La Coulonce v. Atus II.

Men vindt in Frankrijk niet gauw een beter gefokt paard, met 1e en 2e moeder die toppaarden waren. Men vangt dit tegenwoordig op door de hengsten tijdens ’t koersen reeds vroeg te laten dekken. Kaisy Dream bijv. dekt reeds dit seizoen en er zijn reeds een aantal Nederlandse merries voor gereserveerd.
Wat heeft dit allemaal te betekenen voor de Nederlandse draverfokkerij? Ik durf de stelling aan, dat gerichte inbreng van Frans bloed in onze fokkerij gewenst is. In de eerste plaats zijn de paarden te klein geworden. Ik zou willen pleiten voor hengsten niet kleiner dan 1.57 m. tot ± 1.65 m. Beneden 1.57 m. zijn ze er in Frankrijk ook niet denk ik. Daarna zou ik willen letten op een niet extreem lange koerscarrière en natuurlijk verrichtingen op klassiek niveau, ook liefst internationaal over alle afstanden, zoals in Frankrijk gebruikelijk is. Ook letten op type en exterieur. En nu de afstamming. Het zal u uit het voorgaande duidelijk zijn, dat u zou kunnen zoeken naar pedigree’s, waarin een aantal van de genoemde fokmerries voorkomen met in de vader- of moederlijn Fakir du Vivier of Florestan en liefst beide, met speciaal in de moederlijn Fandango. Voor Florestan komt ook een zoon van hem of een andere halve of hele Amerikaan in aanmerking.

In elk geval zou ik een hengst nemen van Frans-Amerikaanse afstamming, want daaruit komen de grote toppaarden voort zoals gezegd.
En als u een merrie fokt, hebt u meteen kans op een foundation-mare, zoals ’t verleden met heel bescheiden merries in ons land al heeft aangetoond.
Bestudeer de Guide des Etalons Trotteurs. Daar staat heel veel in. En wat goed te doen is, vooral als u nog niet te oud bent: koop een jaarling-merrie van gewenste afstamming. De jaarlingen zijn in Frankrijk nog niet al te duur, al komt daar door mensen als Urano en J. Kruithof verandering in. Maar ’t schijnt in Frankrijk zo te zijn, dat wanneer de trainers geen goed paard kopen, ze dat door de eigenaren kwalijk wordt genomen, zodat ze voorzichtig zijn en heel goed uitkijken.
Let op een opheffingsverkoop, want fokkers hebben als regel ook een grote koersstal en zijn veelvuldig zelf ook trainer. En er is natuurlijk niemand die z’n paarden met al hun deugden en gebreken beter kent dan een fokker-trainer.

Wat zijn nu de best verervende hengsten in Frankrijk?
Bij de eerste 25 op de lijst voor alle leeftijdsklassen zijn er 15 van of mede van Amerikaanse afkomst, waarbij al 4 zonen van Florestan. Bij de 3- en 4-jarigen zijn dat er al 18 en nog maar 7 Franco-Français zoals ze het zelf noemen en die invloed zal nog toenemen. Ik merk wel op dat ik hengsten als The Great McKinney, Net Worth, Calumet Delco e.d. buiten beschouwing heb gelaten, als zijnde zover weg in de pedigree’s dat ze haast niet meer van invloed zijn.

Wat zijn nu momenteel en in het nabije verleden de beste paarden in Europa?

1 Varenne Waikiki Beach







Jalmaz
Speedy Somolli



Hula Lobell




Zebu



Baree
Speedy Crown

Somolli

Super Bowl

Holly Margeo


Sharif di Iesolo

Keystone Lady

Speedy Cown

Spree hanover






Quick Song

Odile de Sassy



         
         
2 Fan Idole Le Ham







Tonidole
Beausejour II



Franceville




Vasco



Idole Pettiviniere
Kerjacques

Magicienne

Quel Bonheur JV

Drouasi


Fandango

Kyrielle II

Quito

La Pettiviniere
 
         
         
3 Victory Tilly Quick Pay







Icora Tilly
Star´s Pride



Spry Hanover




Fakir du Vivier



Cikora Tilly
Worthy Boy

Stardrift

Hoot Mon

Silke Hanover


Sabi Pavas

Ua Uka

King Frances

Glenna H
 
         
         
4 General du Pommeau Sebrazac







Actrice du Pommeau
Ejakval



Kalinka




Le Loir



Ines du Buisson
Kerjacques

Quadrivalse

Beau Ludois L

Elsova


Chambon P

Cherie du Loir

Vallenay

Symphonie H
 
         
         
5 Giesolo de Lou Biesolo







Aostane
Sharif di Iesolo



Ossarie




Rainbow Runner



Shelford
Quick Song

Odile de Sassy

High Echelon

Farissa


Fakir du Vivier

Kravotte

Hymour

Dourga II
 
         
         
6 Cocktail Jet Quouky williams







Armbro Glamour
Fakir du Vivier



Dolly Williams




Super Bowl



Speedy Sug
Sabi Pavas

Ua Uke

Pacha Grandchamp

Quassia Williams


Star´s Pride

Pillow Talk

Speedy Count

Sug
 
         
         
7 Defi d'Aunou Armbro Goal







Nesmile
Speedy Crown



Armbro Flight




Caprior



Amours de Mesnils
Speedy Scot

Missile Toe

Star´s Pride

Helicopter


Feu Follet X

Ninia

l´As du Mesnil

Pin Up du Mesnil
 
         
         
8 Abano As Dylan Lobell







Armbro Junction
Speedy Somolli















Speedy Crown

Somolli















 

Met uitzondering van Fan Idole en Général du Pommeau allemaal van Frans-Amerikaanse afkomst.

Ik ga met u nog een paar pedigree’s na:

Echo Qlorest du Vivier







Jolie Perle
Florestan



Ua Uka




Ura



Datcha Folle
Star´s Pride

Roquephine

Kerjacques

Flicka


Carioca II

Gelinotte

Pacha Grandchamp

Jeanne La Folle
Jalna IV










Fandango
         
         
Tarass Boulba Speedy somolli







Idrie
Speedy Crown



Somolli




Valmont



Tarentelle IV
Speedy Scot

Missile Toe

Star´s Pride

Laurita Hanover


Fandango

Narquoise RV

Vermont

Miss L
 
         
         
Tenor de Baune Le Loir







Collivete
Champon P



Cherie du Loir




Pacha Grandchamp



Olivette J
Kerjacques

Plombiere P

Oraki

O Ma Fleur


Fandango

Atalanta de Grandchamp

Chardonneret

Bizut
 
         
         
Fortuna Fant And Arifant







Arianne de Brion
Sharif di Iesolo



Infante d´Aunou




Jiosco



Nymphe de Brion
Quick Song

Odile de Sassy

Oscana

Quioco


Valse Bellemoise

Duc de Vrie

Elope

Elle Charmeuse
 
         
         
Quito de Talonay Florestan







Dent Blanche
Star´s Pride



Roquephine




Seddouk



Quine
Worthy Boy

Stardrift

Atus II

Jalna IV


Carioca II

Arlette III

Hermes D

Hautecombe
 
         
         
Dahir de Prelong Fakir du Vivier







Marieva
Sabi Pavas



Ua Uka




Tony M



Reine d´Amour
Carioce II

Infante II

Kerjacques

Flicka


Horus L

La Bayadere M

Elope

Berceuse d´Amour
 

In het voorgaande heb ik u in grote lijnen geschetst langs welke lijnen het over-overgrote deel van de Franse draverfokkerij verloopt en “en passant” meegenomen de invloed die deze fokkerij op ons continent heeft. U hebt kunnen zien dat in vele toppaarden van nu en het niet al te lang geleden verleden het Franse bloed van gewenste hengsten grote invloed heeft. Het zal best zo zijn, dat er hier binnenkort weer een Amerikaan opstaat, die ze allemaal klopt, maar ik heb hem nog niet gezien.
En als hij komt, laat Europa hem dan snel inlijven. Want zonder top-Amerikanen kunnen we ook niet, zoals uit het voorgaande naar mijn opvattingen ook is gebleken.

Ik eindig met waarmee ik 12 jaar geleden geëindigd ben.

Ik citeer: “De paardenfokkerij in het algemeen is nog nooit zo populair geweest als thans. Daar moet toch ook de draverfokkerij van mee kunnen profiteren. Voorwaarde daartoe is wel het bedrijven van een efficiënte P.R.
Alle energie zou in ons bestel daarop gericht moeten zijn. De te leveren inspanning zal evenwel een gevecht tegen de structuren betekenen.
Het gaat toch niet langer aan, dat men een jaarlijkse investering van f. 50 miljoen of meer in handen legt van een aantal goedwillende amateurs, die zich daarover in hun vrije tijd eens gaan buigen en die daarover in feite geen rekening en verantwoording hoeven af te leggen en dat dus ook niet doen. Dat zijn feodale zaken uit lang vervlogen tijden.

Men bedenke, dat als positieve punten het echt duur kunnen verkopen van een jaarling van prima afstamming naar voren moet worden gehaald en het volstrekt unieke en onvervreemdbare recht van de fokker op fokpremies in de schijnwerpers moet worden geplaatst.
Dit alles geplaatst in het kader van een opwindende en adembenemende faire sport moet bij goede promoting toch een succesformule zijn.
Dat dat zo zijn moge!!! “ Einde citaat en voordracht.


© Copyright Fokkersvereniging 2005