door Hans Huiberts
De Fokkersvereniging heeft in de tweede helft van oktober 2004 voor haar leden een reis door Normandië georganiseerd, waarbij bestuurslid Ab Zaman de organisator en reisleider was. Ab heeft al jaren lang een woonhuis in het dorp Villerville, tussen Honfleur en Deauville en hij kent de omgeving, de grote stoeterijen en de Franse drafsport en fokkerij als geen ander, dus we waren in goede handen. Even heeft het erop geleken dat de reis niet door zou gaan vanwege te weinig deelnemers, maar uiteindelijk stapten 25 personen in de bus naar Frankrijk. Hieronder volgt het verslag van deze prachtige en zeer geslaagde reis.
In de ochtend van woensdag 20 oktober 2004 vertrekt een bus van Koopmans-reizen, bestuurd door de bekende draver-eigenaar Jaap van der Veen (Sunday Top Star, etc.), vanuit Wolvega naar Frankrijk. Aan boord heeft hij 11 draver-fokkers en -eigenaren en in Eemnes pikt hij er nog 14 op. Er zijn genoeg vrije plaatsen over in de bus om wat te "buurten" en er zijn 4 tafeltjes, waaromheen totaal 16 mensen kunnen zitten, die de toestand van de Nederlandse drafsport bespreken, een boek met Franse dekhengsten doornemen of een potje klaverjassen. Enkele deelnemers beschouwen deze tocht echt als een studiereis en beginnen al in de bus met het bekijken van de stambomen van een aantal dekhengsten. We hebben het over de bijzondere rol van bepaalde merries in het Franse draverras via hun zoons, aan wie ze hun X-chromosoom hebben gegeven: Uranie (Kairos en Ogaden), Arlette III (Kerjacques, Quito, Seddouk), Gélinotte (Ura), Ua Uka (Fakir, Hadol en Jet du Vivier, etc.), Sa Bourbonaisse via haar zoon Hermès D en haar dochter Infante II (Sabi Pas) en haar kleindochter Roquépine (Florestan en Granit), de volbloedmerrie Gladys (Jamin, Quérido II, Odysner, Tabriz, Caprior) en recent Nesmile (Buvetier en Défi d'Aunou, Extreme Aunou, In Love with You, Love You, etc.) en Tahitienne (Bon Conseil, Extreme Dream en Goetmals Wood). Dit zijn de merries waarop je in de Franse stambomen vooral moet letten. Er ontwikkelt zich een interessante discussie met Sip van der Laan over "heterosis" oftewel "bastaardkracht". Dit is het kruisen van twee individuen, die beide fors ingeteeld zijn, maar met elkaar geen gemeenschappelijke voorouders in de eerste vier of vijf generaties hebben. Je kunt hierbij dus denken aan een zuiver Amerikaans gefokte merrie die door een "zuivere" Frans gefokte hengst wordt gedekt, of omgekeerd. Bij de varkens en de schapen heeft dit tot zeer goede resultaten geleid, maar of het met harddravers werkt, daar gaat de discussie over. In de Franse draverfokkerij zijn er al genoeg voorbeelden van, maar sommigen van ons denken dat het gebruik maken van reeds geslaagde kruisingen veel beter is, want dan ben je al een stap verder. Sip heeft inmiddels voor volgend jaar al in het hengstenboek een Franse hengst uitgezocht voor zijn fokmerrie, die sterk is ingeteeld op Manza Buitenzorg. Het is Tad du Vivier, een Chambon P-zoon uit een volle zuster van Fakir du Vivier. De hengst heeft enkele "basismerries" in zijn stamboom staan: Ua Uka, Sa Bourbonnaise en Arlette III. Over een jaar of vier kunnen we het resultaat zien. Na een reis van negen uren komen we 's avonds om 21:00 uur bij ons hotel in Villerville sur Mer aan, waar we meteen aan tafel kunnen voor een uitstekend diner. Hotel "le Bellevue" is comfortabel en sfeervol, met uitzicht over de zee (het Kanaal). Rechts zien we de zeer brede monding van de Seine met aan de overkant in de verte de lichtjes van Le Havre. De eigenaren van het hotel, de Nederlander Roland en zijn Franse partner Marc, zijn buren en goede vrienden van Ab Zaman. Ze doen daarom extra hun best om het ons naar de zin te maken, wat goed lukt. Ab was ons al vooruit gereisd met een paardentrailer, omdat hij zijn Franse veulen moest laten chippen bij de Staatsstoeterij Haras du Pin. Volgens de regels moet dat in Frankrijk gebeuren met het veulen nog bij zijn moeder.
Op donderdagmorgen gaan de meeste deelnemers voor een bezichtiging van de te veilen paarden naar het 15 km verderop gelegen Deauville. Een enkeling blijft achter om het dorp en het strand te verkennen. De bus rijdt over de heuvelachtige kustroute naar Deauville, de mondaine badplaats met haar prachtige Casino. We hebben twee Holland Casino-medewerkers mee, Fred Lukje en Hans de Graaf, die vast van plan zijn om hier in de Franse Casino-keuken te gaan kijken, maar uiteindelijk trekken de paarden toch meer. We bekijken eerst het indrukwekkende renbaancomplex, waar enkele tientallen Volbloeds met de ochtendtraining bezig zijn. Het is prachtig weer en het is hier aangenaam vertoeven. Het veilinggebouw en de stallen staan wat verderop aan de andere kant van de weg. Vanmiddag is er een zgn. mixed veiling van fokmerries, jaarlingen en koerspaarden. Ook 90-ste delen van dekhengsten zijn te koop waarmee men recht krijgt op een jaarlijkse gratis dekking, zolang de hengst leeft en ter dekking staat. We bestuderen de catalogus en laten enkele paarden voorbrengen. Veel paarden, ook de halve Amerikanen, vertonen in onze ogen de bekende Franse exterieurfouten, zoals Franse stand, schuine schouder, slappe croupe. Volgens Folkert van der Veen hebben ze "geen billen in de broek" en hij doelt daarmee niet op de aanwezige dames, maar op de paarden. Dat heb je nou eenmaal bij stayers. Dat zie je ook bij mensen, de honderd meter lopers zien er heel anders uit dan de marathonlopers. Er zitten ook van die echte rijpaarden tussen, type KWPN, wat logisch is bij een monté-fokkerij. Daar ziten wij niet op te wachten. Wij willen de speed (de billen in de broek) van de Amerikaan en het uithoudingsvermogen en de maat van de Fransman. Omdat het bij kruising van de twee rassen maar afwachten is wat je krijgt, kun je toch het beste van reeds geslaagde kruisingen uitgaan. Iemand stelt voor om gezamenlijk een paard te kopen voor onze Stal "de Bus", maar dat is niet erg serieus. Het is dus ieder voor zich. Vooral de te veilen fokmerries zijn bij onze groep in trek, logisch, want de meeste zijn fokkers en er zitten enkele mooie bloedlijnen tussen. Fred de Zoete, die deze reis van zijn vrouw als verjaardagscadeau heeft gekregen, laat zijn keuze vallen op ene Dladys Noble. Ikzelf voel meer voor nr. 42, de achterkleindochter van de reeds genoemde Ua Uka. Voor de lunch gaan we terug naar ons hotel, waar de kok een overheerlijke Franse maaltijd heeft bereid, vanzelfsprekend vergezeld van een glas goede wijn. Vervolgens gaat de complete groep weer naar Deauville, want om 14:00 uur begint de veiling. De door ons uitgezochte fokmerries gaan dik over ons budget heen (17.000 en 12.000 Euro). Het is een echte mixed veiling met mixed prijzen. Er gaan paarden weg voor 1.000 Euro, maar ook een aantal voor bedragen tussen 20 en 30.000 Euro. Topper met 46.000 is een driejarige hengst die zich onlangs heeft gekwalificeerd in 1.20,1, een product van Ténor de Baune en Tour Carré 1.15. De dekcertificaten van Biesolo, Echo, Full Account, Hermes du Buisson en In Love with You brengen resp. 7.000, 5.500, 2.500, 9.000 en 20.000 Euro op. Vuistregel hierbij schijnt te zijn: twee maal het jaarlijkse dekgeld, een beetje gecorrigeerd voor de leeftijd en de verwachtingen van de hengst, en dat klopt aardig. Dergelijke certificaten kunnen wel interessant zijn als je met een Franse merrie fokt, maar minder als je Nederlands fokt, aangezien je in dit laatste geval forse kortingen op de dek- en veulengelden kunt bedingen. Toch gaan "we" niet met lege handen naar huis, want aan het einde van de middag koopt Fred de Zoete de ingehouden Zweedse hengst Gloss Yatzee (rec. 1.12,5 winsom 457.000 Euro) waarbij Jan Kruithof als bemiddelaar optreedt. Het is een Zweedse draver, die na een mooie Zweedse carrière de laatste drie jaren in Frankrijk heeft doorgebracht en daar in 2002 vijf koersen won, in 2003 twee koersen en in de afgelopen winter nog enkele malen geplaatst was op Vincennes, waarbij hij in mei 1.12,5 liep over 2100 m. Een blessure heeft hem een tijdje aan de kant gehouden, maar hij schijnt weer genezen te zijn en hij is een welkome aanwinst voor onze topklasse. Hij is een kleinzoon van de in ons land goed gefokt hebbende Coleman Lobell en Fred wil hem ook als dekhengst inzetten. Aan het einde van de middag vertrekken we naar Cabourg voor de avondkoersen. We dineren uit het vuistje en vermaken ons best. Via de camera zwaaien we even naar de schotelkijkers in Nederland.
Voor de volgende dag staat een uitgebreid programma op de rol. We vertrekken al om even over 8 uur en rijden naar de 120 km verderop gelegen Staatsstoeterij "Haras du Pin". Onderweg kijken we onze ogen uit als we links en rechts naast de weg koppeltjes paarden zien in gigantische weiden. Hier en daar een kasteel van een stoeterij met een oprijlaan en witte hekken. Dit is een droomwereld voor elke draverliefhebber, een paradijs. In het Haras du Pin worden we keurig in het Nederlands ontvangen en rondgeleid door een Belgische parttime medewerker, die zijn best gedaan heeft om het dikke instructieboek van buiten te leren. Het kasteel stamt uit de tijd van Koning Lodewijk de Zestiende en is van binnen voorzien van allerlei kunstwerken met het paard als onderwerp. Boven woont de directeur van alle 24 Staatsstoeterijen (de bofkont). We lopen door oude stallen met zware koudbloedhengsten en Franse rijpaardhengsten en in de tuigenkamer staan we stil bij het skelet van de beroemde Intermède, stamvader van veel Franse dravers. Hij leefde van 1908 tot 1933 , bracht 292 producten voort, waarvan 45 dekhengsten, en zijn dochter Uranie was één van de beste dravers van de vorige eeuw. Zij won de Prix d'Amérique driemaal. In de stal met de bloedpaarden staan Arabische Volbloeds, Berbers, Engelse Volbloeds en ook twee harddravers: Hello Jo (v. Buvetier d'Aunou) en Vivier de Montfort (v. Kronos du Vivier). Workaholic hadden we hier ook verwacht, maar hij staat tegenwoordig op een ander Haras. Na dit boeiende stukje historie en staatsbemoeienis, gaan we op weg naar drie grote commerciële dekstations, maar eerst wacht ons een heerlijke Franse lunch in een gezellige Bistro in Sées. Ook de wijn is van uitstekende kwaliteit, dit is "savoir vivre", oftewel het goede leven. Volgend doel is het Haras de Sassy, waar we worden verwelkomd door mevrouw Céline Lhérété. Zij vertelt iets over het dekstation en loopt met ons mee naar de dekhengsten, die elk hun eigen stuk weiland hebben van ongeveer 1 hectare groot, met daarop een schuilhut. Ze lopen dag en nacht buiten en we zien er vijf naast elkaar, achtereenvolgens Go Lucky, Baccarat du Pont, Echo, Ulf d'Ombree en Kid Wood. Natuurlijk heeft Echo onze meeste belangstelling, hij bracht ons o.a. al Rise and Shine. In Frankrijk is hij niet bijzonder populair, maar blijkbaar past hij wel goed bij de Nederlandse (Amerikaanse) fokmerries. Hij is mooi gebouwd en goed gefokt. Janna Dragt heeft een negentigste aandeel in de hengst en kan bij hem dus jaarlijks gratis met een merrie terecht. Ze aait hem over zijn neus. We nemen afscheid van de hengst en lopen naar de andere kant van de gebouwen, waar we niemand minder dan Jam Pridem begroeten. Céline vertelt ons dat zij van al zijn successen die in Wolvega het mooiste vond. Dat was voor de begeleiders van Jam Pridem een onvergetelijke avond. Ze rijdt voor ons uit naar een gebouw even verderop, waar paarden in een zwembad getraind worden. In het midden van een grote hal bevindt zich een grote stapmolen, waarin de paarden tot hun knieën in het water lopen. Daaromheen ligt een smal, drie meter diep bad waarin een paard aan het zwemmen is. Een begeleider loopt op de kant mee en houdt het hoofd van het paard boven water met een stok aan zijn halster. Aan zijn ademhaling te horen moet het paard zich behoorlijk inspannen. Hij draaft hard onder water en doet zijn best om snel weer op het droge te komen, maar dan moet hij opnieuw het zwembad in en dat wordt zo'n 8 keer herhaald. Zijn benen worden hierbij nauwelijks belast en dat is precies de bedoeling. De pensionkosten bedragen ca. 30 Euro per dag. Eén van de pensiongasten is niemand minder dan Jeanbat du Vivier, die werkt aan zijn comeback. Misschien zien we hem in de Prix d'Amérique terug. Na deze ingelaste bezienswaardigheid moeten we snel door naar Haras de la Perrière, het domein van Jean-Etienne Dubois (Jet). Ook hier staan hengsten in hun eigen afgehekte stuk weiland met een schuilhut. De bus stopt bij een mooie vos met een dek op: Défi d'Aunou. Een vriendelijke hengst die wel speels naar je wil bijten, maar hij is braaf. Even verderop staat een bruine hengst die wat afstand houdt van onze groep, alsof hij bang is. Geen probleem: Jan Knipscheer haalt hem op en toont hem trots aan ons, alsof het zijn eigen paard is. Zover is het nog lang niet, want de hengst is niet te koop en negentigste aandelen evenmin, we hebben het over Coktail Jet! Er wordt gefotografeerd en gefilmd, we krijgen er geen genoeg van. Maar we zitten in een strak tijdschema en Ab jaagt ons weer op naar de volgende bezienswaardigheid: het Haras de la Brosse van vader Jean-Pierre Dubois. Daar aangekomen moeten we wachten op de bedrijfsleider, die Love You aan het uitrijden is, en bekijken intussen Ganymède in zijn stal. Even later krijgen we te horen dat dit het dekstation van Dubois senior is. Zijn ca. 80 fokmerries staan op een ander bedrijf, ook zo'n 200 ha groot. Verder heeft Dubois nog een entrainement en hij fokt ook Engelse Volbloeds. De man is een duizendpoot, rijdt dikwijls nog zijn eigen paarden in de koers en moet wel een workaholic zijn. Is ook een groot paardenkenner, gezien zijn resultaten. Hij fokte al veel succesvolle dravers en volbloeds, zoals Défi d'Aunou en alle dekhengsten op dit dekstation, maar ook Varenne en recent Daguet Rapide. Laatstgenoemde is weer zo'n kruising van Amerikaans op Frans, wat de sleutel is van het succes van J.P. Dubois. Daguet is nl. een Pine Chip uit een Workaholic-dochter van Franse topmerrie Rangone 1.14, die net als haar kleinzoon in Milaan de Grote Prijs van de UET heeft gewonnen. Dubois heeft ons foktechnisch al voorgedaan hoe het moet, we hoeven hem alleen maar na te apen. We lopen naar de kampen van de hengsten, die ook hier dag en nacht buiten zijn. Eerst zien we een voshengst, die wel wat meer aandacht had mogen krijgen. Hij zou op een ander dekstation misschien wel de grote blikvanger zijn geweest. Deze Kaisy Dream heeft vorig jaar dekdienst gedaan in Canada en is nu weer terug in Frankrijk. Dit is een zeer interessant gefokte hengst, die zijn onlangs gestorven vader Extreme Dream moet gaan opvolgen. Zijn stamboom is een verzameling van een aantal Amerikaanse superhengsten en Franse supermerries: 3x Star's Pride via Florestan, Nevele Pride en Somolli en Speedy Crown via Speedy Somolli met daarnaast de onvolprezen Tahitienne, Roquépine, Gélinotte, 2x Sa Bourbonaisse, 2x Arlette III en zelfs 4x de volbloedmerrie Gladys. Maar we kunnen ook hier niet te lang stil blijven staan, want verderop krijgen we achtereenvolgens te zien In Love with You (v. Coktail Jet u. een Nesmile-dochter), Buvetier d'Aunou, die wat afzijdig wordt gehouden omdat hij niet aardig voor mensen is, And Arifant (v. Sharif di Iesolo) en zijn zoon Goetmals Wood. Deze laatste is zeer "hot" in Frankrijk. Hij heeft t/m 30 september 2004 al een ongekend hoog percentage van 81 % gekwalificeerde driejarigen. Hij is de derde zoon van Tahitienne, die zich als dekhengst onderscheidt, na Bon Conseil en Extreme Dream. Jan Kraak heeft al een veulen van Goetmals Wood en wil beslist met hem op de foto en Sip van der Laan vraagt zich af of hij in plaats van de oude Tad du Vivier niet beter deze jonge hengst kan nemen. Het veulengeld valt voor Nederlandse merries erg mee. We lopen terug naar de stallen en of het nog niet genoeg is wordt de jonge belofte Love You aan ons getoond. Een indrukwekkende zoon van Coktail Jet uit een kleindochter van Nesmile. Minstens zo interessant. We weten het niet meer, het wordt teveel van het goede. Als sluitstuk van deze ontvangst in Haras de la Brosse ontkurkt de bedrijfsleider een aantal flessen champagne en toosten we op een gelukkige hengstenkeuze. De drank doet onze hersenen weer ontspannen. Het wordt al donker als we vrolijk terugrijden en onderweg wordt Jan Knipscheer met 4 fans afgezet bij een PMU-wedkantoor in Deauville om zijn Passing Renka op Vincennes een koers te zien lopen. Het is al laat en de anderen gaan door naar het hotel voor het diner, want de kok staat al te wachten. Omdat Fred de Zoete thuis op stal wat ruimte wil maken, biedt hij tijdens het diner zijn tweejarige met de opvallende naam "Uit de oude doos" aan haar fokker Sip van der Laan te koop aan. Die had al eens eerder een tweejarig fokproduct teruggekocht en daar zelfs klassieke successen mee behaald (Nicotine). Dat wil hij nog wel eens meemaken en misschien gaat Uit de oude doos wel terug naar het oude nest. Sip vertelt nog een mooi verhaal over "bejaardensex". Hij wilde in 2001 met zijn inmiddels 27 jaar "Oude Doos" Pomplebed Janet niet meer naar het dekstation reizen en kwam met Hendrik Pol overeen dat deze met Nevele Impulse langs zou komen. Die hengst werd ook al wat ouder en had dikwijls geen zin om te dekken. Met de veewagen aangekomen bij Sip van der Laan thuis, was Nevele Impulse al in kennelijke staat van opwinding geraakt en Pomplebed was binnen enkele minuten gedekt, wat Hendrik de historische woorden ontlokte: "Zozo, hij is beter in uitwedstrijden!" Sindsdien reed Hendrik met Nevele Impulse een rondje met de veewagen, ook als hij thuis moest dekken. Bij het nuttigen van ons toetje komt Jan Knipscheer met zijn kornuiten terug in opperbeste stemming: Passing Renka heeft gemakkelijk gewonnen in 1.14,3 en daar wordt in het hotel nog een extra borreltje op gedronken.
Op zaterdag gaat de reis allereerst naar het Haras de Retz, waar ook het trainingscentrum van Ecurie des Charmes is gevestigd. We worden keurig ontvangen door een medewerker van de stoeterij, die ons eerst Gobernador laat zien. De Buvetier-zoon is niet het paard met het mooiste exterieur dat we gezien hebben en zijn moeder is wat ouderwets Frans gefokt. Om naar het entrainement te gaan, stappen we weer even in de bus. De afstanden zijn hier zo groot, dat ernaar toe lopen teveel tijd zou kosten. Het Haras beslaat ruim 200 Ha! Hier worden we door een andere medewerker ontvangen. Dit is het domein van Ecurie des Charmes, eigendom van Lucien Urano, Italiaan van geboorte, schatrijk geworden door de creatie van de kledingmerken Tony Boy en Fabio Lucci. Ik denk dat de stalkleuren met de rose en zwarte blokken van de buis en de helm niet door de eigen kleding-ontwerpers zijn gemaakt, want echt elegant vind ik ze niet. Plotseling stapt er verderop een man van de sulky en komt in een bemodderd rijpak en met een besmeurde bril boven op zijn hoofd naar ons toe. Hij heet ons welkom en blijkt de baas van het entrainement te zijn, niemand minder dan Pierre-Désiré Allaire. Hij vertelt iets over zijn bezigheden en houdt vervolgens nog een verhandeling over het voordeel van ruins in de training. Hij vergelijkt ze met enuchs, die de harems van de Sultans moesten bewaken. Een mooi verhaal, dat hij wel eens vaker verteld zal hebben. Een opvallende en charmante man, die met zijn 74 jaar nog bijzonder kwiek is. Onder elkaar noemen we nog even het be- en roemruchte verleden van Pierre-Désiré en de bekende draver-eigenaren zoals filmster Alain Delon en zanger Michel Sardou, die hij indertijd tot zijn klanten kon rekenen. Met Grandpré won hij in 1978 verrassend de Prix d'Amérique en met Equiléo de Prijs der Giganten. We lopen naar de trainingsbanen. Een grote baan met een acht erin, zodat je ook afwisselend een rechtsom- en een linksombocht kunt nemen. Daarnaast twee naast elkaar gelegen, bijna twee kilometer lange strippen met resp. strandzand en een (dure) verende roodkleurige bodemlaag. Midden over de strippen is een voetgangersbrug gebouwd vanwege een gemeentelijke verordening, waar geen omwonende overheen zal lopen, maar waar vanaf je wel een prachtig uitzicht over het complex hebt. We zien Pierre-Désiré Allaire met zijn draver onder ons door gaan en zijn onder de indruk van zulke uitstekende faciliteiten om dravers te trainen. Iets om jaloers op te zijn. Terug in de stallen zien we dat de vosruin Jackal klaar gemaakt wordt voor vertrek naar Caen, waar we hem vanmiddag terug zullen zien als deelnemer aan de Grote Prijs van de stad Caen. Het volgende reisdoel is de beroemde Pegasusbrug, die eind 1944 door enkele tientallen Engelsen op de Duitsers is veroverd, waarna de invasie begon. In het Pegasusmuseum is er vandaag een invasie van 26 Nederlandse drafsportliefhebbers, die niet om de historische gebeurtenissen in dit stukje Frankrijk heen willen. Allereerst krijgen we een introductie van een museummedewerker, uitgesproken in het Engels met zo'n zwaar Frans accent. Je weet wel, zoals de bekende René uit de TV-serie "Allo-allo". Buiten zien we de echte Pegasusbrug en een replica van een zweefvliegtuig, waarmee de eerste tientallen Engelsen stilletjes aan land zijn gebracht. Na een uur in dit museum te hebben doorgebracht, gaat de reis verder naar het prachtige Hippodrome van Caen. De baan is twee kilometer lang en er wordt rechtsom gekoerst. Terwijl het in Nederland regent, nemen wij plaats voor de tribune, in de zon, jasje uit, een baguette met worst en Franse mosterd, een biertje erbij, weddenschapje, 8 mooie koersen met meestal 18 tot 20 deelnemers. Heerlijk! Het hoofdnummer, de Gote Prijs van de stad Caen, is een aangespannen koers over 4400 m met bandenstart en met een eerste prijs van 32.500 Euro. In een spannende aankomst wint Jardy in 1.16,2 voor Kito du Vivier, Kenya du Pont en Jackal. Andere bekende deelnemers als Kiwi, Java Darche, John Arifant en Lulo Josselyn eindigen ongeplaatst. Qua pikeurs is de uitslag Bazire, Verbeeck, Janvier en Locqueneux. Winnende eigenaar is Stal Wildenstein. Grote namen hier in Caen, niet zomaar een koersje dus! De tweejarigenkoers gaat over 2450 m (!) en OK Darling (v. Hello Jo) wint in 1.19,2. Vijf van de acht koersen zijn uitgeschreven alleen voor hengsten en ruins of alleen voor merries van een bepaalde leeftijd, zo krijgen ook de merries een eerlijke kans. Het stalterrein is vrij toegankelijk en daar kunnen we de deelnemers van dichtbij bekijken. Met het programma in de hand beoordelen we de producten van de hengsten, die we de laatste dagen gezien hebben. De laatste koers is om 17:30 uur en daarna verzamelen we weer bij de bus. Anderhalf uur later zijn we voor het eerst redelijk vroeg terug in het hotel. We kunnen nog even naar het strand wandelen. Tijdens het diner worden de jarige Geert Belga en schrijver dezes toegezongen en krijgen van de hotel-eigenaar een geïmproviseerd verjaardagstaartje met één kaarsje erop. We hadden het allebei stil willen houden, maar dat is niet gelukt. Voor mij is deze verjaardag een onvergetelijke.
Op zondag vertrekken we om half 10 voor de terugreis. En weer gaat het onderweg over de Franse fokkerij, met de boeken op tafel. We krijgen er geen genoeg van. Ook onderwerpen als diepvriessperma en kunstmatige inseminatie worden besproken. We zijn het erover eens dat de natuurlijke dekking de voorkeur heeft qua bevruchtingskans, maar of dit ook tot betere producten leidt? Volgens Sip van der Laan wel. Hij is dierenarts en al jarenlang fokker en volgens hem komt er bij de bevruchting meer kijken dan alleen wat (koude) zaadcellen bij een eicel brengen. Bij de natuurlijke dekking is er ook zoiets als passie en dat brengt mogelijk andere processen op gang. Misschien verwacht Sip daarom wel veel van zijn fokproduct "Uit de Oude Doos", die het resultaat is van de allereerste uitwedstrijd van Nevele Impulse. Toch nog iets om thuis over na te denken. Het is een onvergetelijke reis geworden, deze drie dagen in het paardenparadijs. Naast het genieten van onze gemeenschappelijke hobby, hebben we ook samen veel plezier gehad. Vraag maar aan Jaap en Marga van den Berg (van de Montana-paarden), Geert Belga (Robel), Klaas Schilstra (Beuckenswijk), Hinke Paulusma (Cunera), Piet Vlag en Henk Persoon (Stal Lisse), Peter van Betten (One of the Companions), Peter, Annemieke en zoon Laurens Rinkes (Stal Fortuna), Joyce van Manen, Lauk en Thea de Reuver (van Reylene), Rob Mekkes (Priority Meadow), Hajo Duursma, Fred Lukje, Hans de Graaf, Jan Kraak (Enzelens), Sip van der Laan (ook Yzeren Hein komt uit de (toen nog niet zo) oude Doos), Jan Knipscheer (Renka), Fred de Zoete (Frejo), Folkert van der Veen, Janna Dragt (Oldeson), Ab Zaman (Woodland Park) en niet te vergeten onze betrouwbare chauffeur Jaap van der Veen, die als drafsportliefhebber tijdens deze reis één van ons geweest en, volgens eigen zeggen, erg heeft genoten en zo weer zo'n reisje voor de Fokkersvereniging zal doen. Naar Frankrijk, naar Italië, naar Zweden, het maakt niet uit. Dat zullen we onthouden.
Tijdens onze reis is er ook een uitgebreide fotoreportage gemaakt, deze kunt u hier bekijken
Castricum, oktober 2004.
Hans Huiberts (van Kailash, 19 % Frans)
© Copyright Fokkersvereniging 2005