De Fokkersvereniging heeft in de tweede helft van oktober 2010 voor de
derde keer voor haar leden een reis door Normandië georganiseerd, waarbij bestuurslid
Ab Zaman de organisator en reisleider was. Ab heeft al jaren lang een woonhuis
in het dorp Villerville, tussen Honfleur en Deauville en hij kent de omgeving,
de grote stoeterijen en de Franse drafsport en fokkerij als geen ander, dus
we waren in goede handen. Door het succes van de voorgaande keer hadden we nogal
wat recidiverende deelnemers, en uiteindelijk stapten 25 personen in de bus
naar Frankrijk. Hieronder volgt een impressie van deze prachtige en zeer geslaagde
reis, door deelnemer Douwe Frerichs. Dit verslag is reeds eerder gepubliceerd in het blad "Draf&Rensport" nr. 44 van 28 oktober 2010.
Boven: De deelnemers aan de reis gefotografeerd met
het Paard van de 20-ste eeuw, Ourasi.
door Douwe Frerichs
Ourasi
Er zijn mensen die activiteiten ondernemen
of hobby's hebben waarvan de meesten de
zin en het nut totaal niet begrijpen. Daar
houd ik van. `Man bijt hond' is mijn favoriete
TV programma. Zoals `Showroom' dat in een
ver verleden was. De emoties die het bezoek
aan Ourasi opriepen, waren mij uit het hart
gegrepen. Niemand beklaagde zich over het
feit dat we op deze druilerige zaterdagmorgen om zeven uur `s-morgens uit bed waren
gegaan. De tocht per touringcar in een
geheel omgeslagen weertype van regen en
wind over uiteindelijk smalle, hobbelige
weggetjes nam uiteindelijk ruim twee uur in
beslag. Vragend en zoekend baanden we ons
in de omgeving van Bayeux een weg naar de
oudst nog in leven zijnde draver van
Frankrijk. Lichtelijk nerveus stapte het
gezelschap uiteindelijk bij de hoeve Haras de
Crunchy in Saon uit de bus. Ourasi, de
kampioen der kampioenen. Niet alleen
vanwege zijn 4 Prix d'Amérique-zeges. Hij is
ook kampioen oud worden. Van de Prix
d'Amérique-winnaars werd alleen tweevoudig
winnaar Tidalium Pelo ouder, maar Ourasi
gaat ook zijn record verbeteren. Nadat
verzorgster Annie ons naar de stal van de
oude reus had geleid, duurde het lang
voordat ze hem mee naar buiten kon nemen.
Ourasi was lichtelijk nerveus. `Doucement'
(voorzichtig), herhaalde Annie tot vervelens
toe. Eenmaal buiten maakte Ourasi strakke
rondjes. De twee dierenartsen in ons midden, Sip van der Laan en Folkert van der
Veen, keken nieuwsgierig toe. "Hij mist wat
coordinatie", meldde de eerste. Van der Laan
vond het teleurstellend dat de oude koning er
wat sjofeltjes bijstond, maar beide keken
even later met open monden van verbazing
hoe Ourasi in zijn weiland in volle galop
en draf wegvloog. `Die kan zomaar nog 5 jaar
mee!' Eerder poseerden de bedevaartgangers
naast Ourasi voor de ijlings opgetrommelde
verslaggever van France Ouest. Want
ondanks niet afnemende belangstelling voor
de na zijn grandioze loopbaan snel steriel
geworden Greyhound-zoon, vond men het
toch wel bijzonder dat 25 malle
Nederlanders de dreiging van blokkades en
brandstofschaarste trotseerden om even hun
oude held te mogen begroeten. Op 7 mei dit
jaar werd de 30e verjaardag van Ourasi
massaal gevierd. In een speciaal uitgegeven
`gouden boek van Ourasi', kreeg voorzitter Hans
Huiberts de gelegenheid een dankwoordje
met groet te noteren. Ondanks de commerciële waarde van het paard (Annie kwam al
snel aansnellen met een stapel prijzige
souvenirs) wordt gewaakt over zijn welzijn en
gezondheid.
Circuspaard
Ourasi was de vierde Prix d'Amérique-held
die we tijdens deze reis mochten aanraken.
Op de eerste excursiedag bezochten we
`s-middags na een overdadige Normandische
lunch in een eeuwenoude boerenhoeve
genaamd `Massinots', het dekstation Haras du
Pays d'Auge. Het is het huis waar onder
andere Général du Pommeau en Offshore Dream hun dekdiensten verrichten. Maar waar
we ook Arnold Mollema zijn Joker de Rozoy
tegenkwamen. Aardig facet was de moeite die
het management zich getroostte om ons ook
de meest recente Amérique-winnaar
Oyonnax te tonen. Hij kwam speciaal terug.
Aan grond heeft de Haras geen gebrek. 30
boxen en 120 ha. grond bieden de merries
en hun veulens alle ruimte. Général du
Pommeau is weliswaar bij de fokkers wat
minder populair wegens minder aansprekende productie en wat moeite met bevruchten. De hengst, die vanaf zijn tweede tot en
met zijn tiende jaar in de top actief was en
die met een andere trainer als Jules
Lepennetier mogelijk (maar misschien juist
niet) een veelvoud van zijn winsom zou
hebben verdiend, stal wel de show met een circus-act.
Offshore Dream had niet zo'n lange loopbaan, maar hij won er wel twee en is houder
van het koersrecord. Toen de grote vorm
langere tijd ontbrak, besloot trainer Pierre
Levesque de tophengst de kroon niet van het
hoofd te stoten en verhuisde de Reve
d'Udon-zoon met het prettige karakter naar
de fokkerij. Zijn oudste producten zijn 3-jaar
(T jaargang).
Oyonnax
Het wachten op Oyonnax bleek de moeite
waard. Zijn Prix d'Amérique-zege veroorzaakte een anti-climax op Vincennes. Niet
vreemd met een cote van 161/1, maar
Oyonnax maakte op het dekstation met zijn
imponerende verschijning veel indruk op
zijn toeschouwers. Niet voor niets is hij de
winnaar van het in Frankrijk belangrijke
Concours de Modele. Een schitterende zoon
van In Love with You met zowel aan vaders-
als aan moederszijde de benodigde scheuten
Amerikaans bloed via Super Bowl, Speedy
Crown en Nevele Pride. Met een dek- en
veulengeld van 3 mille was hij dan ook snel
volgeboekt in 2010. Aardig vormde het feit
dat we Oyonnax twee dagen later terugzagen
in Caen, waar in de Grand Prix de Ville de
Caen over 4500 meter diverse topcracks de
benen strekten voor het nakende winterseizoen van Vincennes.
Busje komt zo
Het baanbezoek aan Hippodrome de Prairie,
zoals de 2 kilometer-piste van Caen heet,
volgde aansluitend op de ontroerende
ontmoeting met Ourasi, de pelgrimstocht die
voor enkelen het hoogtepunt van de excursie
was. Het bezoek aan de hoogbejaarde zorgde
ervoor dat binnen enkele dagen een halve
eeuw Franse drafsport live aan ons voorbijtrok. Van Ourasi tot en met de geboorte van
de aangekochte veulens in 2011. Het is een
verhaal waar geen einde aan komt.
In Caen regelde Fred Lukje - ook deze
Brabander fokt Franse paarden - voor ons
gezelschap de mogelijkheid om eens mee te
rijden in de jurybus van de Franse commissarissen. Het leverde een unieke kans op, om
eens mee te kijken in de keuken van de zo
veelbesproken en soms zelfs verguisde Franse
juryleden. De professionaliteit van het
comité maakte veel indruk. Het Franse
draverijcomité staat ver boven de partijen.
Het horen van deelnemers wordt absoluut
niet noodzakelijk geacht. Een deskundig
team heeft de ervaring en de middelen om
recht te spreken. Met vier man in de bus
wordt de koers direct gevolgd en geanalyseerd. Iedereen kijkt naar zijn eigen deel van
het peloton. Overleg is er wanneer een paard
springt. De deelnemers horen duidelijk wie
is uitgesloten. In de bus maakt een cameraman extra beelden van de koers. Na de finish
neemt het comité alle tijd. De uitslag is
`provisoire'. Er wordt rustig gedebatteerd over
de gelopen koers. De laatste rechte lijn wordt
meerdere malen vanuit diverse hoeken
bekeken. Vanuit de bus begeeft de jury zich
naar het comitévertrek waar op een metersgroot beeldscherm de koers opnieuw wordt
bekeken. Wedders moeten maar even
wachten, dat is men zo gewend in Frankrijk.
Na een minuut of tien wordt de uitslag
officieel gegeven. Voor de goede orde, dit was
een koers zonder incidenten. Arie
Zwijnenburg, jarenlang starter bij de NDR,
kijkt zich de ogen uit. "Als het aan mij ligt
dan copiëren we het Franse jurysysteem
integraal. Inclusief alle technische hulpmiddelen. Dat kost tegenwoordig echt met meer
zo extreem veel geld." Zwijnenburg wordt
door de sympathieke voorzitter Andre
Meunier met veel plezier rondgeleid. Vooroordelen over het meedogenloze en
bevooroordeelde Franse comité behoren wat
ons betreft definitief tot het verleden. Hier
kan iedere deelnemer, nationaal kampioen
of buitenlander, op dezelfde behandeling
rekenen. Bijvoorbeeld een Jean-Michel
Bazire, die zich achter de torenhoge favoriet
Quilien d'Isques in het hoofdnummer te
buiten ging aan overmatig zweepgebruik en
na een lelijke galoppade in de eindstrijd het
veld kon ruimen. Dat was een smetje, Bazire
wil zich vooral in gastritjes nog wel eens
laten gaan. Met al zijn ervaring had de
kampioen veel eerder kunnen inschatten dat
zijn paard geen partij kon bieden aan de
indrukwekkende winnaar Prince Gédé van
Thierry Duvaldestin. Prince Gédé, zoon van
de oudste nog ter dekking staande hengst in
Frankrijk, Sancho Pança, toonde na een
absentie van anderhalf
jaar vanwege een peesblessure weer eens zijn ware gezicht. In 2009 nog
teruggesteld als eerste aankomende in de
monté-kraker Prix de Cornulier, maar zijn
revanche halend in de Prix de Paris. In Caen
had de hengst met twee onbeduidende voorbereidende koersen al veel aanhang. Dat zijn waardevolle signalen voor de wedders. Zoals het ook nog altijd loont om te
studeren op hoefbeslag. Zonder ijzers
oftewel D4 betekent meestal ervoor gaan.
We hadden al eerder van de verzorgers van
Oyonnax gehoord dat het slechts een
prepkoers zou worden. Winnen was uitgesloten, maar als het niet teveel kostte lag een
plaats bij de eerste drie in het verschiet.
Oyonnax - aan 31/1 en met ijzers - liep een
dijk van een koers en pakte in 1.16,9 het
derde geld op slechts een neusje van
Prodigious. Trainer Vincent Brezon ziet de
winter met vertrouwen tegemoet. Zoals ook
Thierry Duvaldestin aan de bak gaat met de herboren Prince Gédé. Zijn naam noteren
we voorlopig boven die van Maharajah in
ons eerste Prix d'Amérique-rangschikking.
In de grote koers van Caen was het voor
kanonnen als Qwerty, Première Steed,
Private Love, Nelumbo en Obelo Darche
een kwestie van gezellig meelopen, maar
onze excursiegangers konden mooi genieten
van zoveel klasse binnen handbereik.
Liefhebbers pur sang, die Nederlandse
fokkers.
Teveel enthousiasme?
Er kleeft een gering `gevaar' aan zo'n reisje
met bevlogen draverfokkers. Het avontuur
lonkt en bij het zien van zoveel fraais en
professioneels gaat het bij sommigen
kriebelen. Het niveauverschil tussen de
Franse drafsport en de situatie waar de
vaderlandse fokkerij zich in bevindt, is groot.
Niet eens op het gebied van het fokproduct.
Het zijn meer de kansen en de dromen die
enthousiasmeren. Waar onze klassiekers de
laatste jaren worden gedomineerd door één
fokbedrijf en het moeilijk is om als kleine
fokker op te boxen tegen de succescombinatie Boko/Langeweg, is in Frankrijk het
avontuur voor een ieder toegankelijk. Met
12.000 veulens per jaar en een steeds
strenger wordende op selectie gericht
fokkerij-beleid is de kans op succes naar
verhouding wel nog een stuk kleiner, hele
horden dravers halen de baan niet eens. Tallozen worden na een aantal starts uitgesloten wegens te karige prestaties. Maar de
verhalen van kleine fokkers met unieke
resultaten zijn ook talrijk. Denk alleen aan
wonderstory van de notabene ook door
Nederlanders gefokte crack Timoko van onze
landgenoot Richard Westerink. De meeste in
Frankrijk werkende Nederlanders kunnen
beamen dat het moeilijk is je een plaats te
verwerven tussen de gevestigde orde. Toch
knap, hoe `nouveau Normandiërs' als Cees
de Leeuw, Erik Dragt, Bert Post en Helena
Krom erin slagen het hoofd boven water te
houden. Een groot aantal deelnemers aan de
reis is al Frans georiënteerd. Zoals bestuurs
lid Ab Zaman, die in het fraaie kustdorpje
Villerville tegenover ons Hotel Le Bellevue
zijn tweede huis heeft. Zaman fokte de
hengst Tigreville (zo heette Villerville in de
beroemde film `Un singe en hivers' uit 1961
met sterren als Belmondo en Gabin in de
hoofdrollen) en heeft een zelf gefokte
tweejarige uit de Franse merrie Difference
(v. Kepi Vert) met de achternaam Windspiel
bij Helena Krom en haar Franse vriend in
training gegeven. Krom leerde het vak bij
Fabrice Souloy, waar onze excursie min of
meer van start ging. Maar zelfs de op een wat
bescheidenere schaal opererende Noord-Hollander Willem Otten is op de Franse
toer. Weliswaar in eigen land. Hij is eigenaar
van een halfzuster van Kirsten Limburgia die
drachtig is van Meaulnes du Corta. "Een
heel avontuur", zegt Otten tijdens een van de
vele gesprekken over paarden en fokkerij
onderweg of in het hotel. Hij blijft evenwel
trouw aan het Nederlandse stamboek, zoals
de meesten van het reisgezelschap. John en
Janus van Nierop fokken al jaren dravers. Op
de veiling in Deauville, die we op vrijdagochtend onder zeer fraaie weersomstandigheden
plegen te bezoeken, strijkt het gezelschap na
de rondleiding over het schitterende complex, neer in de veilingzaal. Het is een mixed sale
met jaarlingen, aandelen in dekhengsten en
fokmerries. De avond voor de veiling werd
aan tafel tijdens het verorberen van eendenborst volop gefilosofeerd over de veiling en
de kansen. Ab Zaman - zijn neef Piet haalde
eerder deze week nog de krant als runner-up
in de jaarlijkse verkiezing `merkwaardigste
naam van Nederland' - zag mogelijkheden in
een dragende fokmerrie van dekhengst
Lilium Madrik, waarvan hij de moeder in
bezit had. Op de veilingdag blijken de
prijzen niet in verhouding tot het prijzengeld
te staan. Voor 3.000 euro wordt de drachtige
merrie afgeslagen, al zal daar volgend jaar nog 2 mille veulengeld bijgelegd moeten
worden. "De knop is om", zegt Van Nierop,
die de laatste jaren veel investeerde in de promotie van zijn eigen dekhengst Liverman
Hanover. "Zo'n paard krijgt met het huidige
merriebestand en de concurrentie van
diepvrieshengsten nauwelijks een kans. Ik
heb er zin in om eens te kijken of het wil
lukken om een Franse draver te fokken."
Omdat niet alle passagiers ermee instemden
om deze Legende de l'Iton in het gangpad
mee naar Nederland te nemen, maakt Van
Nierop met fokker Emanuel Leclercq de
afspraak zijn aanwinst een weekje later te
komen halen. Wanneer we de verkooplijsten
bekijken, blijkt ook Patrick Davidson een
paard te hebben gekocht. Hij had via een
contact voor 5.500 euro het laatste bod op de
jonge fokmerrie Rangoon Jiel, een Extreme
Dream-merrie dragend van Nobilis Jiel.
Mede door de expansie van Cheval Francais
en de internationalisering van het spel op de
PMU is de Franse fokkerij weer hot. De circa 300 dekhengsten bedienen jaarlijks
elk maximaal 100 merries, maar zijn vrij in het
buitenland. Opname in het Franse stamboek
is dan niet mogelijk en dat is de reden dat de
prijzen bij onze dekstations veel gunstiger
zijn dan die in eigen land.
Dit is een eerste impressie van de fokkersexcursie. Op de plank houden we onder meer
interviews met deelnemers en het verslag van
het bezoek aan Haras de Ginai, het indrukwekkende entrainement van de familie
Souloy alwaar de vader van Fabrice ons
uitgebreid rondleidde en waar we de sterren van Vincennes aan het werk zagen.
Boven: Woensdagmorgen 20-10-2010 op weg naar Frankrijk.
Naar keuze: Praten over paarden of klaverjassen.
Boven: Het begon te schemeren toen we op onze kamer in
Hotel Bellevue arriveerden. Dit is het uitzicht op het strand, met
Le Havre aan de overkant.
Boven: Fred de Zoete en Meiert Schouten
bespreken
bij het aperitiefde uitschrijvingen
van de
koersen in Alkmaar.
Boven: Het diner op de eerste avond in het hotel smaakte heerlijk.
Hans de Graaf en Willem Otten luisteren naar de
uitleg van reisleider Ab Zaman.
Boven: Folkert van der Veen, Dolly en Annie Swagerman
praten nog even na.
Boven: De volgende dag met de touringcar van Koopmans Reizen
naar entrainement Souloy. Vader Souloy leidde ons rond.
Boven: Eerst naar de lange strip. Daar kwamen in de verte
3 paarden naar ons toe gesneld .....
Boven: ... waarvan één ons bekend voorkwam:
Niemand minder dan Commander Crow!!!
gereden trainer door Fabrice Souloy.
Boven: Vervolgens gingen we naar de dekhengstenpaddocks.
Wat een land, wat een ruimte! Een eldorado voor mens en paard.
Boven: Zonder naamkaartje waren ze moeilijk te herkennen.
Boven: De woning van de familie Souloy.
De woonkamer boven de afveulenboxen.
Zouden er gaatjes in de vloer van de woonkamer zitten?
Boven: Ze hebben ook een eigen zwembad,
maar wel voor de paarden.
Boven: Ons volgende bezoek: Stoeterij Madrik.
Eigenaar Leclercq spreekt ons toe. Hij is gespecialiseerd
in de opfok van jaarlingen, die moeten worden
klaargemaakt voor de veiling.
Boven: Grote open boxen voor de jaarlingen. Frisse lucht!!
Boven: De tafel was gedekt voor een uitgebreide Normandische lunch.
De glazen staan klaar voor cider en wijn.
Boven: Zo dat heeft gesmaakt.
Boven: Na de lunch nog naar een dekstation:
Genes Diffusion. Hier bewonderen we
Tweevoudig Prix d'Amérique-winnaar
Offshore Dream.
Boven: Dit is dekhengst Kiwi, niet moeders mooiste.
Boven: Deze is wel heel mooi: Prix d'Amérique-winnaar Oyonnax.
Speciaal voor ons naar het dekstation gebracht.
Boven: Nog een Prix d'Amérique-winnaar:
Général du Pommeau.
Boven: De kleine Generaal liet zich braaf fotgraferen...
Boven: .. en deed ook nog een kunstje.
Boven: De derde dag: bezoek aan de veiling met
bezichtiging van de paarden.......
Boven: ................ en rondleiding door het veilinghuis
Boven: 's Middags een keuze-programma:
de veiling....
Boven: Dat deden vader en zoon Van Nierop,
en ze kochten de fokmerrie Legende de 1'Iton.
Boven: ...of Deauville in, en dat deden de dames........
Boven: ... of naar de verderop gelegen prachtige renbaan
Clairefontaine,
waar rennen werden gehouden.
Boven: 's Avonds weer een heerlijk diner in ons hotel.
Boven: Op de vierde dag 's morgens na een lange en moeizame reis
naar Haras de
Crunchy in Saon, waar we de oude geweldenaar
Ourasi mochten bezoeken.
Boven: De 30 jaar oude hengst werd vetroeteld.
Boven: Natuurlijk met z'n allen op de foto.
Boven: In zijn eigen weiland toonde de oude heer
zich zo fris als een hoentje!
Boven: Ons bezoek haalde zelfs de krant!
Boven: Na het beoek aan Ourasi waren we op tijd voor de
eerste koers op zaterdagmiddag in Caen.
Boven: Een 2 kilometer lange baan met een mooie tribune.
Boven: Hier komt Oyonnax uit de baan na zijn derde plaats
in de Grote Prijs van de stad Caen.
Boven: Arie Zwijnenburg mag mee met de comitébus.
Boven: Nog enkele andere van onze groep waren uitverkoren
voor een ritje in de comitébus.
Boven: Op de vijfde dag, zondagmorgen afscheid van Hotel Bellevue
en terugreis naar Nederland. Tot over 3 jaar?
© Copyright Fokkersvereniging 2010