Veel gestelde vragen

Boven: 2019-hengstveulen van Chelsea Boko uit Zeebreeze River
(van Goetmals Wood uit Proud Mary van Supergill).

Antwoorden:

Antwoord op vraag 1:
Lidmaatschap Fokkersvereniging
Een fokker wordt automatisch en zonder kosten lid van de Fokkersvereniging, zodra hij een veulen registreert bij de Stg. NDR en hij blijft lid zolang zijn fokproducten in de koers lopen of startgerechtigd zijn. Jaarlijks vragen aan de NDR wie er in de afgelopen 8 jaren een NL-veulen hebben gefokt en beschouwen deze personen en bedrijven als onze leden. We houden geen eigen ledenadministratie bij, maar gebruiken de door NDR afgegeven e-mail-adressen als ons ledenbestand, waarmee we communiceren. Er zijn ca. 250 leden en van ca. 230 hebben we het e-mail-adres. Communicatie gebeurt ook via het vakblad Draf&Rensport en bijzondere aankondigingen worden gepubliceerd in het OB van de NDR, zodat ook leden zonder e-mail-adres op de hoogte worden gebracht en kunnen reageren.

Alle Nederlandse fokkers zijn dus lid van onze vereniging. Je hoeft je daarvoor niet op te geven en er hoeft geen vaste jaarlijkse contributie te worden betaald. Van elke prijs, die een Nederlands fokproduct in Nederland wint, krijgt de fokker 10 % fokpremie. Bij sommige koersen is dat zelfs hoger, zoals bij de Breeders Crowns 20 % en de Fokkers Trofee 20 %. Van deze fokpremies wordt automatisch een twintigste deel afgedragen aan de Fokkersvereniging en dat gebruiken wij voor de promotie van onze sport- en fokkerij. De afdracht vloeit direct of indirect weer terug naar de fokkers.
De fokkers krijgen dus eigenlijk 9,5 % fokpremie i.p.v. 10 %. Deze formule ligt vast in de statuten en routines van de NDR en dat hebben alle fokkers te accepteren. De succesvolste fokkers betalen dus de meeste contibutie aan onze vereniging, maar als je geen fokpremie wint, heb je ook geen kosten. Een mooi systeem, vinden wij, en dat vinden bijna alle leden van onze vereniging ook. Omdat niet zeker is wanneer uw laatste NL-fokproduct de laatste fokpremie voor u heeft verdiend of misschien nog gaat verdienen, blijft u nog jaren nadat u uw laatste NL-fokproduct heeft laten registreren lid van onze vereniging. U mag meebesluiten over wat er met de contributie (=afdracht fokpremies) moet gebeuren.

Antwoord op vraag 2:
Deelnamekosten NDR
Als harddraverfokker of harddraver-eigenaar moet men geregistreerd staan bij de NDR. Daarvoor betaal je jaarlijkse kosten (het lidmaatschap kost € 231, excl. BTW) en ook aan het registreren van veulens zijn kosten verbonden. De eerste inleggelden voor de Klassieke koersen (Derby, Sweepstakes, Jonker/Jofferprijs, etc.) moeten al worden betaald op 1 januari, als het veulen ca. een half jaar oud is. Totaal betaal je als fokker enkele honderden euro's per jaar aan NDR. Houdt daar rekening mee en kijk op www.ndr.nl voor de gespecificeerde bedragen.
Indien je met fokken bent gestopt, kun je je uitschrijven als lid/deelnemer van de NDR en zijn er geen kosten meer. Behalve als je nog fokpremies gaat ontvangen, dan betaal je de administratiekosten van 10 % van de eerste fokpremies totdat een maximaal bedrag van € 30 Euro op jaarbasis is bereikt. Daarnaast nog de gebruikelijke 5 % voor de Fokkersvereniging ter stimulering van de fokkerij.

Voor alle tarieven bij de Stichting NDR: Click HIER (PDF)

Antwoord op vraag 3:
Voordelen NL-fokken
Als je een veulen in het NL-Stamboek zet in plaats van in een BL-Stamboek, dan heb je de volgende voordelen:
1. grote kans dat jouw fokproduct later in NL aan de start komt, zodat je hem/haar van dichtbij kunt volgen. Je kunt ook eens bij de trainer gaan kijken.
2. jouw fokproduct is startgerechtigd in alle NL-Klassiekers, met een minimale 1e prijs van € 30.000 in de Derby
3. fokpremies (10 %) in Nederlandse koersen, met doorschuiving indien er buitenlanders in de uitslag staan
4. fokpremies hoger dan 10% (tot wel 20%) in sommige Klassieke koersen (Fokkers Trofee en Breeders Crown)
5. fokpremies op de kortebaan voor de 6 of 7 beste NL-producten in het eindklassement van een jaar
6. enkele fokpremies voor buitenlands prijzengeld, verdiend door de NL-producten met de hoogste jaarwinsom
7. je krijgt een extra dikke fokpremie (nu € 3.000) als je een NL-Triple Crown-winnaar hebt gefokt.
8. daarnaast natuurlijk ook nog de reguliere fokpremies, die voor deze 3 Klassieke Triple Crown-koersen in de toekomst totaal op meer dan € 5.000 zullen uitkomen.
9. TCT: 25 % korting op alle inschrijfgelden van het TCT-circuit, betaald door NDR.
10. TCT: de fokpremies in de TCT-koersen in NL zijn alleen voor fokkers van NL-paarden (totaal bijna € 50.000 per jaar)
11. TCT: alle fokpremies worden uitbetaald en schuiven door. Zelfs voor uitgeschakelde paarden!Indien uw paard het enige NL-fokproduct is in een TCT-koers (op NL-grondgebied) dan ontvangt u ALLE FOKPREMIES, ongeacht de plaatsing van uw paard.
12. TCT: er gaat € 45.000 uit de TCT-pot naar extra prijzengeld in de NL-Klassiekers, hetgeen ook weer doorwerkt in de fokpremies

Verder:
13. registraties, inschrijvingen en mutaties (bij NDR) gaan allemaal in de Nederlandse taal
14. je doet mee in het Nederlandse circuit, dus vermelding in het Nederlandse vakblad. Jouw paard wordt (als hij goed genoeg is) opgenomen in artikelen zoals Derby-koorts, nabeschouwingen koersen, jaargangbeschrijving
15. de Fokkersogen, Paard van de Maand-beschrijving, Paard van het Jaar-verkiezing: het is toch prachtig als jouw paard daarin wordt genoemd?
16. jouw naam wordt vermeld als fokker in de Nederlandse koersprogramma's, incl. de Kortebaanprogramma's.
17. kwalificeren op een Nederlandse koersbaan, waar het paard daarna ook gaat koersen
18. genieten van jouw paard op de Nederlandse koersbanen. Dat maakt een middagje naar de koers extra leuk en spannend.
19. en veel minder reistijd. Weet je hoe ver Berlijn is? Of Stockholm? En Parijs of Cagnes-sur-Mer?
20. voor eigen publiek, met vrienden en familie je paarden zien deelnemen is veel leuker, dan in het buitenland.
21. jouw fokproduct maakt in Nederland reclame voor zijn moeder, jouw fokmerrie
22. minder hoog prijzengeld in onze Klassiekers dan in het buitenland, maar wel veel meer kans vanwege minder veulens in NL-Stamboek
23. kans van 1 op ca. 190 om de Derby te winnen! De Zweedse Derby mag dan qua dotering 10 keer zoveel waard zijn, maar je hebt 20 keer zo weinig kans.
24. Het plezier en de voldoening bij het winnen van de Derby is in eigen land echter minstens zo groot.
25. Er is een gegarandeerd prijzengeld in de meeste Klassiekers. In de 3-jarigen Derby van 2025 wordt de eerste prijs tenminste 30.000 Euro!
26. er zijn nationale 3 Derby's in Nederland (ook voor de 2- en 4-jarigen) en daarnaast nog de 3 internationale TCT-Derby's
27. de mogelijkheid van "eeuwige roem" als fokker van bijv. de Derby- of Gouden Zweep-winnaar
28. mogelijk zelfs Europese roem als het paard goed genoeg is
29. je steunt de Nederlandse draf- en rensport!

Antwoord op vraag 4:
Fokpremies in NL
In Nederland bedraagt de fokpremie 10 % in de meeste koersen! Alleen in de Fokkers Trofee en de Breeders Crown koersen (nieuwe stijl) bedraagt de fokpremie 20 %.
Als een paard uit een buitenlands stamboek zich in de prijzen loopt schuift de fokpremie door naar de fokker van de eerstvolgende geplaatste Nederlandse draver. Als dat paard echter buiten de prijzen valt, vervalt deze fokpremie.
Al heel lang geldt dat een twintigste deel van de fokpremies wordt afgedragen aan de kas van de Fokkersvereniging, die dit geld gebruikt ter stimulering van de fokkerij. Dus netto ontvangt de fokker in Nederland 9,5 % fokpremie.

De hoogste fokpremies in NL
In tabel 1 hieronder staan de fokpremies in de belangrijkste koersen is ons land. De NL-klassiekers worden door de grotere jaargangen steeds hoger gedoteerd, met navenant hogere fokpremies. In de middelste kolom staat de fokpremie van 10 % van de geschatte 1e prijs. In de Fokkers Trofee en  de Breeders Crown 20%. In de Prijs der Giganten schuift de hoogste fokpremie door naar de eerste in de prijzen vallende NL-draver, zoals afgelopen jaar met Floris Baldwin het geval was. Albert Ebbinge ontving toen € 3.300.
In de TCT koersen worden de fokpremies doorgeschoven en allemaal uitgekeerd, ook naar de niet geplaatste paarden, zelfs naar de uitgeschakelde. Alleen wanneer er geen NL-deelnemers zijn, dan is er geen uitkering, zoals in de TCT Derby der 3-jarigen in 2022. Bij de TCT Derby der 3-jarigen staat in de tabel € 5.000 à € 10.000, want dit is er te winnen voor de fokker(s): € 5.000 als er dan 5 of meer NL-deelnemers (en dus ook 5 fokpremies) zijn en € 10.000 als een fokproduct de enige NL-deelnemer is, zelfs indien hij is uitgeschakeld! En dan wordt je waarschijnlijk wel kampioenfokker bij de fokkers. Behalve als er een Triple Crown winnaar komt, die € 5.000 beurt plus nog wat premies. Het kan tegenwoordig alle kanten op met de fokpremies.  Ook de “kleinste” fokker heeft kansen op “groot” geld. Fokken wordt steeds leuker.

Boven: Het aantal geregistreerde NL-veulens per jaar.
Het effect op de doteringen in de Klassiekers zien we ca. 3 jaar later.
Het prijzengeld blijft in de komende jaren voorlopig stijgen
en de fokpremies gaan mee omhoog!!

BL-fokpremies voor NL-dravers
Over in het buitenland gewonnen prijzengeld werd geen fokpremie uitgekeerd, maar dat is met ingang van 2019 veranderd. De Fokkersvereniging heeft voor een kleine compensatie gezorgd voor de fokkers van de meest winnende NL-dravers in het buitenland in het voorgaande jaar. Kijk op de betreffende pagina, met een link op de homepage, of click HIER

Fokpremies op de kortebaan
Door de Kortebaan Bond wordt na afloop van het seizoen (in november) bepaald welke fokpremies zij gaan toekennen aan de fokkers van NL-dravers. Het bedrag is afhankelijk van wat er in hun pot zit voor dit doel en hoeveel punten de NL-paarden in het seizoen hebben verdiend. Kijk op de betreffende pagina, met een link op de homepage, of click HIER

Antwoord op vraag 5:
De hoogst te winnen prijzen in Europa?
In de onderstaande tabel staan de 4 "duurste" koersen van Europa, in volgorde van de eerste prijzen voor de winnaar. Ook de dotering (= het totale prijzengeld) staat erbij. Meestal bedraagt de eerste prijs de helft van de totale dotering in een koers. De tweede prijs daar weer de helft van, etc. Soms zijn bij de opgegeven dotering ook nog de fokpremies (meestal 10 %) opgeteld, zoals we in Nederland doen. In Frankrijk wordt altijd van de eerste prijs 10% afgehaald, om te worden gestort in een pensioenfonds voor stalmedewerkers. De eerste prijs in de GP d'Amérique bedraagt daarom niet de helft van de dotering van 1 miljoen Euro, maar € 450.000. De 2e prijs is wel een kwart miljoen.
In 2024 is een nieuwe internationale koers op het programma gekomen, de Aby World Grand Prix over 3.140 meter met autostart en een dotering van SEK 10 miljoen, 1e prijs SEK 6 miljoen, 2e prijs van SEK 2 miljoen, 3e prijs van SEK 1 miljoen. Met die eerste prijs wilde men blijkbaar opvallen, want de dotering is gelijk aan die van de Elitloppet-Finale, terwijl de winnaar hiervan SEK 5.000.000 krijgt. Jammer voor de buitenlanders in deze Scandinavische koersen is dat de wisselkoers van de Zweedse Kroon (SEK) nu lager is dan in eerdere jaren, nu delen door 11,2 i.p.v. door 10,2 in 2021. De Aby-koers is de 14e van de 16 etappes in het UET-Elite-circuit. De Finale is op 18 okt. 2024 op Solvalla en is, met een 1e prijs van SEK 2.800.000, veel lager gedoteerd dan de Aby World GP. Maar toch leuk om te winnen, zeker voor de eer en voor de naam van het paard en zijn fokker.

De "duurste" Derby's van Europa in 2023.
In de Breeders Special van 2024 stonden (zoals gebruikelijk) de winnaars van de Derby's in Europa in het voorgaande jaar. Voor de dotering van de Italiaanse Derby van 2023 werd € 800.800 opgegeven. Finale-winnaar Expo Wise As kreeg een eerste prijs van "slechts" € 284.650 en dus lang niet de helft van 8 ton. Het is wel de best betaalde Derby in Europa. De Zweedse Derby- en Kriterium-winnaars hadden recht op de helft van de dotering van SEK 4.000.000, maar kregen door een "verdubbelaar" 2 keer zoveel. Dat is per 2024 afgeschaft. Er zijn wel dubbele fokpremies. In onderstaande tabel staan alle Europese Derby's vermeld in volgorde van hun dotering. We hebben de eerste prijs erbij gezet. In "kleine landen" is de dotering veel lager, maar de kans op een zege veel groter door het kleinere paardenbestand. We hebben ook de fokpremies in het betreffende land en het percentage Frans bloed van de winnaars overgenomen. Dat zijn een interessante getallen. Deze tabel geeft aan hoe belangrijk onze sport is in de landen om ons heen. Daar profiteren wij ook van door internationaal te fokken en te koersen.

Antwoord op vraag 6:
De snelste harddraver?
Omdat draverijen over verschillende afstanden (tussen 1.609 en 4.500 meter) worden gelopen, wordt de snelheid en ook het record van een oaard uitgedrukt de tijd over 1 kilometer, de zogenaamde kilometertijd .In Noord-Amerika gaan de koersen bijna altijd over 1 mijl (1.609 m) en wordt de snelheid uitgedrukt in de tijd over 1 mijl. Het wereldrecord staat op naam van de Amerikaanse ruin Homicide Hunter met een mijltijd van 1 minuut en 48,4 sec. (1.48,4) oftewel een kilometertijd van 1.07,4 oftewel 53,4 kilometer per uur. In Europa staat het record op naam van de Franse hengst Horsy Dream met 1.08,0. Op sommige drafbanen wordt een GPS-sensor aan de sulky bevestigd om de wedders, maar ook de liefhebbers, de snelheid van de deelnemers te tonen. Van Horsy Dream is de topsnelheid in een koers wel eens geklokt op 1.01,5 en dat komt overeen met 58,5 km/u. De snelste harddravers kunnen dus een snelheid behalen van tegen de 60 km/u. In draf!!! Ga eens zo hard rijden met jouw auto en ervaar hoe snel dat eigenlijk is!! De snelste mens loopt ca. 38 km/u. Harddravers zijn topatleten.

Antwoord op vraag 7:
Voordelen NL-TF
Franse paarden die als veulen met de dubbele nationaliteit NL-TF zijn geregistreerd, hebben dezelfde voordelen als de NL-producten (zie hierboven bij antwoord 3) en worden ook in Frankrijk als inlander gezien met alle voordelen daarvan (fokpremies van 12,5% over zeer hoog prijzengeld, startgerechtigd in de Franse Klassiekers, etc.). Een NL-TF draver verdient dus in 2 landen fokpremies voor zijn fokker. Hij mag bijv. ook starten in een voor Franse paarden gereserveerd PMU-koers in Wolvega en als hij dan 5e wordt, zonder andere NL-TF's vóór hem, krijgt zijn fokker de doorgeschoven NL-fokpremie (10%) van de winnaar, meestal 250 à 300 Euro.
Voor een Stappenplan om te komen tot de dubbele nationaliteit NL-TF: click hier

Antwoord op vraag 8:
Een nieuwe fokker
Zou eerst eens wat moeten lezen op deze website. Kijk vooral bij de artikelen. Zich abonneren op het blad 'Draf&Rensport'. Regelmatig naar de koers gaan. Met fokkers praten, maar je nog geen paard aan laten praten. Als je denkt dat je er klaar voor bent, dan contact opnemen met één van onze bestuursleden en tips vragen. Dan kan via de mail. click op [over ons] --> [contact], linksboven in het menu.

Het lijkt ons verstandig om eerst als eigenaar met de sport bekend te worden. Koop een goed gefokte jaarlingmerrie, zet haar in training, ga ermee koersen en daarna fokken. Je kunt ook laagdrempellig (niet al te duur) beginnen en je aansluiten bij een groep eigenaren, zoals De Gele Kanaries, Stal Payday of de Noord-Hollandse Drafsport Vriendenclub De Hippodromers. Met een groepje belanghebbenden van de koersen genieten is heel leuk. En misschien een weddenschapje afsluiten? Dat geeft ook een gevoel van betrokkenheid.

Antwoord op vraag 9:
Waarom geen Embryo Transplantatie?
In de draverfokkerij mag Embryo Transplantatie (ET) alleen onder strikte voorwaarden worden toegepast. Alleen wanneer een fokmerrie wegens fysieke klachten haar eigen veulen niet kan dragen, mag ET worden uitgevoerd en er wordt van haar slechts 1 veulen per jaar geregistreerd in het Stamboek. Dus er zijn geen commerciële ET-toepassingen toegestaan.
In een uitvoerig artikel worden de beweegredenen voor deze maatregel uitgelegd: click hier

In een ander artikel wordt uitgelegd dat Erfelijkheid meer is dan DNA en dat de draagmoeder daarom misschien wel meer bijdraagt aan het veulen dan de donormoeder. Click hier

Antwoord op vraag 10:
In welk land moet de dekking van mijn merrie worden geregistreerd?
Zorg ervoor dat een dekbon wordt gebruikt van het land waarin de merrie wordt geïnsemineerd. Dus:
- NL-merrie gedekt in NL: NDR-dekbon
- NL-merrie gedekt in Dld: HVT-dekbon + tijdelijke uitvoer naar Dld bij NDR aanvragen
- Duitse merrie gedekt in Dld: HVT-dekbon
- Duitse merrie gedekt in NL: NDR-dekbon + tijdelijke uitvoer naar NL bij HVT aanvragen

Op de pagina van de dekhengsten staat nog meer informatie. Click hier

Antwoord op vraag 11:
Hoe en waar moet mijn veulen worden geregistreerd en met welke nationaliteit?
Het veulen krijgt de nationaliteit van de moeder en dat is het land waarin de merrie op het moment van de veulenaangifte in het Stamboek staat geregistreerd. Dat hoeft dus niet haar geboorteland of haar verblijfland te zijn. Wilt u naast een paspoort ook een bewijs van inschrijving in het stamboek krijgen dan dient het geboortebewijs vóór 1 januari van het jaar na de geboorte bij het NDR-Stamboek te zijn. Of, in het geval van een buitenlandse fokmerrie, bij de Stamboek-organisatie van dat land. Het geboortebewijs krijgt u van de hengstenhouder na betaling van het veulengeld. Na ontvangst van het veulengeld ziet de hengstenhouder namelijk af van de rechten op het veulen, dat feitelijk ook een kind is van zijn hengst. Betaal op tijd om problemen rondom de registratie te voorkomen.
In het jaar van geboorte kunnen moeder en veulen nog van nationaliteit wisselen. Bijv. een reeds in Duitsland aangegeven veulen kan in december van het geboortejaar nog naar het NL-stamboek worden overgeschreven, maar dat moet wel samen met de moeder gebeuren.

Er staat op deze website een aparte pagina over Identificatie en Registratie. Click hier

Vraag 12:
Waarom is voor sommige dekhengsten het veulengeld zo duur?
Er zijn veulengelden van een paar honderd Euro tot 40.000 Euro. Waarom?

Antwoord op vraag 12:
Als de fokmerrie wordt bevrucht (meestal via KI), moeten in het algemeen bedragen tussen 500 en 1.000 Euro worden betaald voor de diensten van de hengstenhouder (voor zaadwinning, controle, bevriezing, transport, etc.). Dit heet het dekgeld.
Nadat het veulen is geboren, moet de hengstenhouder afzien van zijn rechten op het veulen, want de eigenaar van de fokmerrie wordt ook de eigenaar van het veulen. De waarde van het veulen en het bedrag dat er als jaarling vermoedelijk voor zal worden betaald, is in grote mate afhankelijk van de populariteit van het vaderpaard bij de eigenaren en trainers. De afkoopsom voor de hengstenhouder noemen we het veulengeld. De hoogte hiervan staat al vast bij de dekking van de merrie. De merriehouder weet dus vooraf hoeveel hij het jaar daarop moet gaan betalen voor zijn gezond geboren veulen. Zonder bewijs van betaling van het veulengeld, afgegeven door de hengstenhouder, wordt het veulen niet in het stamboek van de NDR geregistreerd.
Door de internationalisering van de draverfokkerij, moet voor een NL-veulen net zoveel veulengeld worden betaald als voor een in de USA of in Zweden geregistreerd veulen van hetzelfde vaderpaard. Dat is ongunstig, omdat NL-veulens veel minder waard zijn dan hun USA- of Zweedse halfbroers en -zussen, doordat de te winnen prijzen zijn hier veel lager zijn. De duurste hengst in 2024 was de (nog onbewezen!) Amerikaan Gimpanzee met $ 20.000.
In Frankrijk is het prijzengeld in de koersen het hoogste van Europa en daarom zijn de te betalen veulengelden daar ook duur. Voor Face Time Bourbon naar schatting 30 à 40.000 Euro. Een paard is ongeveer waard als wat hij kan winnen. Maar omdat de Fransen hun dravers als een apart ras beschouwen, kunnen ze "marchanderen" met de veulengelden voor niet-Franse veulens. Vaak betaal je dan de helft! Ook voor hele dure dekhengsten.
Bijvoorbeeld: Voor de Franse hengst Bird Parker betaal je de volgende veulengelden: 10.000 Euro voor een Frans veulen, 6.000 Euro voor een niet-Frans veulen, en, bij uitzondering, voor een NL-veulen 5.000 Euro als éénmalige promotie-actie in 2024.

Voor de dek- en veulengelden van de dit jaar in ons land aangeboden dekhengsten: Click hier

Vraag 13:
Per e-mail kregen wij half maart 2021 de volgende vraag van een nieuwe fokker:
Als beginnende fokker van dravers loop ik tegen allerlei vragen aan. Gelukkig is er veel informatie beschikbaar. Ik fok reeds jaren Friese paarden en daar is mijns inziens meer fokkerij informatie te vinden. Dit komt enerzijds omdat al deze paarden regelmatig op keuringen terecht komen en lineair worden gescoord. Daardoor kan van de goedgekeurde dekhengsten veel meer statische informatie over de nakomelingen worden gegeven. Het zelfde geldt voor alle moederlijnen. Op jullie website www.dutchtrotters.nl kom ik wel hele leuke artikelen tegen die ik inmiddels allemaal gelezen heb. Ik zie ook met verwachting uit naar de komende Breeders Special. Hoe kom ik aan statistische gegevens?

Antwoord op vraag 13:
In de draverfokkerij gaat het niet om exterieur en wordt er niet gekeurd. Bij ons gaat het (gelukkig) niet om uiterlijk vertoon en partijdige jury's, maar geldt de drafbaan als jury. Meestal winnen de beste paarden. De koersen zijn ook wedstrijden tussen de fokkers. Zij worden in de koersprogramma's vermeld en vechten in de koers onderling uit wie het beste paard heeft gefokt, met als beloning de fokpremies. Als fokker doe je bij ons echt mee. Harddravers worden beoordeeld op hun record (snelheid) en winsom (kwaliteit en hardheid). Op deze getallen worden onze statistieken gebaseerd en de vaderpaarden worden hierop beoordeeld. Daarbij moeten we ons wel realiseren dat bij de dravers de invloed van de moeder veel groter is dan die van de vader, dat heeft u kunnen lezen. Ik weet niet of dat in andere hippische fokkerijen ook zo is.

Vraag 14 :
(per e-mail kregen wij half maart 2021 de volgende vraag van dezelfde nieuwe fokker:
Vorig jaar werd bij mij op 15 juni nog een veulen geboren. Om wat vroeger in het seizoen te komen heb ik het dekken een jaar overgeslagen. Juni is laat temeer daar we steeds meer 2-jarige cracks willen en die zullen dus vroeg in het jaar moeten worden geboren. Mijn ervaring met dekken in de veulenhengstigheid met diepvriessperma is slecht. Vorig jaar had ik ook een veulen begin april. Dit veulen is direct heel veel de wei in gegaan en heeft een prachtig voorjaar gehad. Er stond veel gras in de wei en zelfs s'nachts bleven ze al snel buiten. Veulen was dag en nacht in beweging. Nu in 2021 kreeg ik op 25 februari een veulen en dat is wel heel vroeg. Er staat nauwelijks gras in de wei (ik heb de mest er nog maar net op) en het is koud en nat. Veulen is korte periodes buiten en heeft een kompleet andere ontwikkeling dan het april-veulen van 2020. Mijn vraag is of u gegevens heeft van de algehele ontwikkeling van spieren en botten van vroege veulens met minder beweging dan latere veulens. Halen de latere veulens de februari veulens niet weer in? Ik moet nu de keuze maken wanneer weer dekken en laat er twee dekken eind maart, maar eigenlijk is dat voor de veulens niet ideaal. Wat zou de meest optimale tijd zijn om een draverveulen te krijgen is eigenlijk mijn vraag.

Antwoord op vraag 14:
De meeste draverfokkers, ook de professionele als Boko en Newport, willen hun veulens geboren laten worden in april-mei. Qua gezondheid en voeding is mei optimaal. Dan is er volop voorjaarsgras (goed voor de moedermelk en de bouwstoffen voor het veulen) en kunnen moeder en veulen dag en nacht buiten lopen. Langdurig in een stal staan is niet goed voor paarden en zeker niet voor veulens. Stof, virusdeeltjes, worminfecties en ammoniak-dampen zijn slecht voor de longen en de gezondheid. Een paard dat dag en nacht buiten loopt wordt nooit ziek (normaal gesproken) en daarnaast moeten veulens kunnen bewegen, zoveel als ze willen. De meeste fokkers prefereren dat hun fokproducten als 2-jarige niet zwaar worden belast en fokken niet persé voor het 2-jarigen seizoen, waarin trouwens relatief weinig valt te verdienen, vergeleken met de Klassiekers voor de 3- en 4-jarigen. Verder is het goed om te zien dat de hoofdkoersen voor 2-jarigen zijn gepland in de laatste maanden van het jaar, dus als de paarden al bijna 2,5 jaar oud zijn. Er zijn weinig voorbeelden van ultra vroeg geboren veulens, die als 2-jarige voordeel hadden.
Het grote voordeel van vroege veulens is vooral verkooptechnisch. Als jaarling is een veulen van februari meestal groter dan een veulen van juni. Als koerspaard maakt het niet zoveel meer uit. Sommige vroege veulens komen pas als 4-jarige in de baan en late veulens als 2- of 3-jarige.
Uw vraagt of de latere veulens de vroege gaan inhalen en of er onderzoek is gedaan naar de spier- en botontwikkeling van vroege veulens in vergelijking met latere. Het antwoord op de laatste vraag is nee. Mijns inziens is dit ook niet zo relevant. Een goed koerspaard is meer dan alleen spieren en botten. Minstens zo'n belangrijke rol spelen talent, karakter, gezondheid, hart, longen, spijsvertering, benen, voeten, etc. De veulens moeten optimaal opgroeien en dicht bij de natuur blijven lijkt de beste manier. Ons is opgevallen dat "natuurlijke opfokkers" (zoals boeren) veelal succesvolle draverfokkers zijn

Vraag 15 :
We hoorden het verhaal van een draverfokster, die werd aangesproken door een andere vrouw, een leek op dit gebied, waarschijnlijk een stadsmens, die het zielig en bijna misdadig vond dat fokmerries elk jaar een veulen moeten krijgen. Uitbuiting vond ze het. Maar is dat zo?

Antwoord op vraag 15:
Een paard is bijna een jaar drachtig, namelijk ongeveer 340 dagen. Een gezond paard krijgt in de natuur normaliter dan ook ieder voorjaar een veulentje. Dit is de gunstigste tijd van het jaar voor de geboorte. Gezien de drachtlengte is het voor een paard dus gangbaar om vrij kort na de geboorte weer drachtig te raken, ook in het voorjaar. De meeste merrie's zijn ook alleen in deze tijd van het jaar 'hengstig' (ontvankelijk voor een nieuw vruchtje). De natuur heeft dit dus allemaal goed geregeld. Als fokker kunnen én willen we deze natuurlijke cyclus natuurlijk niet verstoren en daarom sluiten wij ons management hier op aan.
Wij bieden onze paarden het leven, dat ze graag willen leiden. Puur natuurlijk. Merries zijn gek op hun veulens. Ze willen niets liever dan jaarlijjks drachtig worden.

Vraag 16 :
Wat kost een draverjaarling op de veiling?

Antwoord op vraag 16:
Voor Nederlandse jaarlingen varieert de veilingprijs meestal tussen € 2.000 (de minimumprijs) en € 50.000, afhankelijk van de stamboom, de kwaliteit van broers/zussen/ooms/tantes en vooral van het exterieur en de gangen van het jaarling.

Het duurste jaarling in Europa ooit is de in 2024 in Deauville verkochte Franse merrie Nodessa Josselyn, die € 740.000 opbracht. Zij is een dochter van Ready Cash en Prix d'Amérique-winnares Bélina Josselyn. Haar volle zus Liza Josselyn behoort al bij de top van haar jaargang. Zulke merries hebben na hun koerscarrière een hoge restwaarde als fokmerrie.